Rechtspraak
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten, 6 maart 2013
ECLI:NL:OGEAM:2013:BZ4645
werkneemster/Kishco Trading Company
Werkneemster (43 jaar) is op 1 juli 1991 in dienst getreden van Kwik Bargains. Op 5 mei 2010 werd werkneemster door een herseninfarct getroffen. Zij is sedertdien halfzijdig verlamd en, blijkens een verklaring van haar huisarts, niet meer in staat in welke functie dan ook werkzaam te zijn. Kwik Bargains heeft verzoekster twee dagen haar volledig loon doorbetaald en daarna 80% van het loon. Na verkregen toestemming heeft Kwik Bargains bij brief van 13 juli 2012 de arbeidsovereenkomst met werkneemster opgezegd tegen 13 augustus 2012. Werkneemster stelt zich op het standpunt dat de opzegging kennelijk onredelijk is. Daarnaast stelt werkneemster zich op het standpunt dat Kwik Bargains een langere loondoorbetalingsplicht heeft.
Het Gerecht oordeelt als volgt. Vast staat dat de arbeidsongeschiktheid van werkneemster niets van doen heeft met de werkzaamheden die zij voor verweerder verrichte (werkneemster heeft tijdens haar vakantie een herseninfarct gehad waardoor zij gedeeltelijk verlamd is geraakt). Vast staat ook dat werkneemster blijvend arbeidsongeschikt is (het was en is onmogelijk voor haar in welke functie dan ook werkzaam te zijn, aldus de bij verzoekschrift overgelegde verklaring van de huisarts) zowel voor werkzaamheden bij Kwik Bargains als bij andere werkgevers. In zoverre kan Kwik Bargains dan ook niet verweten worden dat geen pogingen zijn ondernomen om verzoekster ander passend werk aan te bieden. Evenmin kan Kwik Bargains overigens verweten worden dat hier te lande geen voorzieningen bestaan zoals bijvoorbeeld in Nederland die, anders dan de onderstandsuitkering die werkneemster nu ontvangt, een redelijke vergoeding bij arbeidsongeschiktheid (WIA) geven. Voor zover werkneemster betoogt dat gelet op de lengte van het dienstverband en haar opleidingsniveau Kwik Bargains gehouden was enige voorziening te treffen is naar het oordeel van het Gerecht voor dit betoog geen steun te vinden in wet noch in de stand der jurisprudentie. Dan resteert nog het argument dat Kwik Bargains tijdens de ziekte van verzoekster niet meer heeft gedaan dan slechts twee bezoekjes. Ook dit argument kan werkneemster niet baten nu Kwik Bargains heeft ontkend gedurende de ziekte van verzoekster slechts twee bezoekjes aan haar te hebben gebracht en het argument zich verder niet laat wegen.
In artikel 7A:1614c lid 1 BW is bepaald dat de arbeidsongeschikte werknemer gedurende betrekkelijk korte tijd aanspraak houdt op het overeengekomen loon. Anders dan Kwik Bargains stelt is betrekkelijk kort in Sint Maarten niet altijd twee dagen doch bepalen de omstandigheden van het geval wat betrekkelijk kort is. Gelet op de duur van het dienstverband, de leeftijd van werkneemster, de uitzichtloosheid van de ziekte/arbeidsongeschiktheid van werkneemster is het Gerecht met werkneemster van oordeel dat in dit geval de betrekkelijk korte termijn één jaar bedraagt.