Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 11 juni 2013
ECLI:NL:GHARL:2013:CA2953
Sunpoint Next Generation/werknemer
Werknemer (60 jaar) is in dienst van Sunpoint. Sinds 14 juni 2011 is werknemer volledig arbeidsongeschikt als gevolg van alvleesklierkanker. Op 3 december 2012 heeft Sunpoint in een brief aangegeven dat zij redenen heeft werknemer op staande voet te ontslaan en hem uitnodigt over deze reden een verklaring af te leggen. Daartoe wordt de werknemer een termijn gegund vanwege het feit dat hij op dat moment chemotherapie ondergaat. Werknemer wordt verweten dat hij spullen van Sunpoint te koop aanbiedt (tijdens zijn arbeidsongeschiktheid).
Het hof oordeelt als volgt. Allereerst doet de vraag zich voor of het ontslag onverwijld is gegeven. Sunpoint heeft aangegeven dat zij op 27 november 2012 (een dinsdag) vragen kreeg van klant 1. Klant 1 is op 1 december 2012 bij werknemer gaan kijken en heeft foto’s gemaakt. Deze heeft zij op (maandag) 3 december 2012 van klant 1 ontvangen. Diezelfde dag heeft zij haar brief aan werknemer geschreven, waarin deze een termijn van 7 dagen kreeg voor een reactie. Uit de stukken blijkt dat Sunpoint die reactietermijn aanhield omdat werknemer in de bewuste week chemotherapie onderging. Volgens werknemer was dat ook zo: op 28 november 2012 moest hij daarvoor naar het ziekenhuis. Onder deze omstandigheden kan niet worden gezegd dat Sunpoint sneller had kunnen en moeten handelen met het meedelen van haar verdenkingen aan het adres van werknemer, of dat zij de reactietermijn voor werknemer had moeten bekorten. Met de kantonrechter is het hof evenwel van oordeel dat onvoldoende is komen vast te staan dat werknemer de spullen heeft ontvreemd van de werkgever. Volgens werknemer had hij deze spullen van de werkgever gekregen/gekocht bij de doorstart van de onderneming na faillissement. Dit is onvoldoende weerlegd door werkgever. De stelling dat werknemer tijdens zijn arbeidsongeschiktheid zware spullen heeft gesjouwd en dus oneigenlijk ziek is, is een vraag die door de bedrijfsarts beantwoord moet worden. Het verkopen van de spullen is voorts niet in strijd met het concurrentiebeding/exclusiviteitsbeding, omdat werknemer dit deed met het oogmerk op zijn korte levensverwachting (opruimen van de schuur). Het ontslag op staande voet is derhalve niet geldig.