Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Ratiopharm
Gerechtshof Amsterdam (Locatie Amsterdam), 4 juni 2013
ECLI:NL:GHAMS:2013:2811

werknemer/Ratiopharm

Sociaal plan dat verwijst naar kantonrechtersformule vóór 1 januari 2009, impliceert dat ook de A-factor moet worden afgerond volgens de ‘oude methode’ (geen dubbele afronding)

Werknemer is op 13 augustus 1984 in dienst van Ratiopharm getreden. Om bedrijfseconomische redenen heeft Ratiopharm in haar vestiging te Zaandam een reorganisatie uitgevoerd, hetgeen ontslag voor 97 personeelsleden betekende. Over dat ontslag was door de ondernemingsraad positief geadviseerd en daarvoor was toestemming van het UWV WERKbedrijf verkregen. Met de bonden (FNV Bondgenoten en CNV Bedrijvenbond) is op 11 mei 2009 een sociaal plan overeengekomen om de gevolgen voor de individuele werknemer, die zou worden ontslagen, op te vangen. Het sociaal plan heeft de status van collectieve arbeidsovereenkomst. De ontslagvergoeding in het sociaal plan is gebaseerd op de zogeheten kantonrechtsformule (A x B x C) zoals deze voor 1 januari 2009 van toepassing was. De C-factor is bepaald op 0,85. Werknemer is ontslagen met ingang van 31 december 2009, met toepassing van het sociaal plan. Aan hem is op grond daarvan een vergoeding betaald van € 94.940,39 bruto. Volgens werknemer zijn de A- en B-factor in zijn geval onjuist berekend. Volgens werknemer had de A-factor conform de nieuwe Aanbevelingen anders moeten worden afgerond.

Het hof oordeelt als volgt. Het hof stelt voor alle duidelijkheid voorop dat het hier niet gaat om de toepassing van de kantonrechtersformule als een door de rechter te hanteren maatstaf ter bepaling van de vergoeding die aan de werknemer toekomt, maar om de uitleg van een cao, te weten het sociaal plan. Bepalend voor de inhoud van het sociaal plan is hetgeen de partijen, die die overeenkomst hebben afgesloten, hebben bedoeld. In de cao wordt uitdrukkelijk verwezen naar de ‘oude’ kantonrechtersformule. Dat contractspartijen bij het sociaal plan op 11 mei 2009 met de bewoording ‘de zogeheten kantonrechtsformule (A x B x C) zoals deze vóór 1 januari 2009 van toepassing was’ tot uiting hebben willen brengen dat de uitleg van deze formule aan wijziging van de toepassing ervan, zoals met name de in oktober 2008 gegeven voorbeelden – geen dubbele afronding – bij de formule zoals die na 1 januari 2009 zou gelden, onderhevig zou zijn, is niet aan te nemen. Wanneer dat wél de bedoeling van de contractspartijen zou zijn geweest, dan zou een dergelijke opmerkelijke bijzonderheid zijn vermeld. Elke verwijzing naar de nieuwe formule ontbreekt evenwel. Ook elders is in de tekst van het sociaal plan geen aanwijzing in de richting van aansluiting bij een voorbeeld bij de nieuwe kantonrechtersformule te vinden. Het hof stelt daarom vast dat de betrokken bepaling in het sociaal plan uitsluitend ziet op de toepassing van de kantonrechtersformule zoals die vóór 1 januari 2009 gebruikelijk was.