Rechtspraak
Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Locatie 's-Hertogenbosch), 4 februari 2014
ECLI:NL:GHSHE:2014:202
X Tailleurs B.V./werkneemster
Werkneemster (geboren 1950) is op 3 maart 1969 bij Tailleurs in dienst getreden. In 2006 en 2007 heeft overleg plaatsgevonden tussen partijen over de hoogte van het loon. Volgens Tailleurs hebben partijen toen overeenstemming bereikt over de hoogte van het nieuwe loon. Werkneemster betwist dit. Vervolgens is werkneemster uitgevallen ten gevolge van een val (tijdens vakantie). Tailleurs heeft werkneemster vervolgens gesommeerd te komen werken, dan wel te re-integreren. Op enig moment accepteert Tailleurs de ziekmeldingen van werkneemster niet meer en sommeert haar te komen werken. Er heeft een aantal gesprekken plaatsgevonden, waarin – bij het laatste treffen – Tailleurs heeft gedreigd met ontslag op staande voet als werkneemster wederom niet zou verschijnen. Tijdens een accountantscontrole op 1 november 2007 is werkneemster slechts voor een deel van de dag werkzaam geweest. Werkneemster is op 2 november 2007 op staande voet ontslagen wegens werkweigering op 1 november 2007.
Bij deskundigenoordeel van 29 november 2007 is bepaald dat werkneemster op 1 november 2007 niet geschikt was arbeid te verrichten. In deze procedure vordert werkneemster schadevergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag en onregelmatige opzegging (berusting in ontslag op staande voet). De kantonrechter heeft de vorderingen van werkneemster toegewezen met € 140.000 aan schadevergoeding.
Het hof oordeelt als volgt. Anders dan Tailleurs meent, is werkneemster wel degelijk ziek geweest op 1 november 2007. Zelfs als er niettemin van uitgegaan moet worden dat werkneemster niet ziek was op 1 november 2007, dan is het werkverzuim ook niet ongeoorloofd geweest, omdat het werk niet is verricht vanwege een oorzaak die in redelijkheid voor rekening van Tailleurs behoort te komen ex artikel 7:628 lid 1 BW. Immers het getuigt niet van goed werkgeverschap om van werkneemster te verlangen dat zij zich voegde bij het gesprek met de accountant, gelet op toen aan de orde zijnde verhoudingen tussen partijen, die verstoord was. Daar komt bij dat de directeur van Tailleurs aan het einde van het gesprek heeft gezegd 'donder nou maar op', of dat hij woorden van die strekking heeft gebruikt. Kennelijk heeft dat een dusdanige impact gehad op werkneemster dat dit de reden was dat zij direct naar huis is gegaan in plaats van tot hervatting van het werk over te gaan. Daarmee heeft Tailleurs een situatie gecreëerd dat van werkneemster niet zonder meer kon worden verlangd dat zij dadelijk het overeengekomen werk zou hervatten. Het ontslag is gegeven aan een 57-jarige werkneemster met 38 dienstjaren, terwijl de ontslaggrond niet deugdelijk is. Dit maakt de opzegging kennelijk onredelijk. De omstandigheid dat werkneemster financieel alles op het droge heeft staan, doet aan het voorgaande niet af.
Het hof neemt tot uitgangspunt dat werkneemster ongeveer € 263.087 had kunnen ontvangen tot aan de pensioengerechtigde leeftijd (8 jaar, van 57 jaar tot 65 jaar). Nadien heeft werkneemster eerst een uitkering krachtens de ziektewet ontvangen en pas met ingang van 27 maart 2008 een uitkering wegens werkloosheid. Het hof schat het bedrag dat werkneemster heeft ontvangen aan uitkeringen op € 82.474 (5 maanden ZW en 38 maanden WW, in ieder geval 70% en loon omgerekend van vierwekelijkse periode inclusief vakantietoeslag naar maandelijkse periode). Evenmin heeft werkneemster in haar berekening rekening gehouden met de gefixeerde schadevergoeding ad € 19.183 die haar wordt toegekend en waarvan de hoogte voortvloeit uit de niet in achtgenomen voor opzegging geldende bepalingen, waarmee het hof wel rekening zal houden. Het hof komt dan uit op € 161.430, afgerond € 160.000.
Werkneemster valt te verwijten dat zij heeft geweigerd een rittenadministratie bij te houden, terwijl dat gelet op de fiscale wetgeving wel van haar gevergd mocht worden, en dat zij zich in dit verband weinig flexibel heeft opgesteld. Het verwijt dat haar kan worden gemaakt, valt echter in het niet bij het verwijt dat Tailleurs kan worden gemaakt. De conclusie luidt dat Tailleurs de schade van werkneemster volledig dient te vergoeden.