Rechtspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant (Locatie Middelburg), 17 januari 2013
ECLI:NL:RBZWB:2013:802
werknemer/Hertel B.V.
Werknemer is op 16 januari 2012 voor onbepaalde tijd in dienst getreden bij Hertel in de functie van Manager Mechanical Nederland. Hertel verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Als gevolg van een reorganisatie is de functie van werknemer vervallen, doordat de afdeling Mechanical is opgeheven. Partijen verschillen van mening over de hoogte van de vergoeding. Op grond van het sociaal plan zou werknemer een vertrekpremie van € 6.189,86 bruto toekomen. Werknemer verzoekt een hogere vergoeding toe te kennen (€ 66.535 bruto). Hij heeft voor de berekening van de door hem geleden schade gebruik gemaakt van de berekeningsmethode op www.hoelangwerkloos.nl.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Nu vaststaat dat werknemer bij Hertel niet meer in zijn functie werkzaam kan zijn, omdat zijn functie is vervallen door het opheffen van de afdeling Mechanical, wordt de arbeidsovereenkomst ontbonden. Omtrent de vergoeding wordt overwogen dat het sociaal plan, dat met vakbonden is overeengekomen, op werknemer van toepassing is. Toepassing van het sociaal plan leidt echter tot een evident onbillijke uitkomst. Hertel heeft zelf gesteld dat geen andere werknemer van de afdeling Mechanical vergelijkbaar is met werknemer, nu hij manager van de afdeling is. Bovendien is werknemer, anders dan de andere medewerkers, nog maar sinds korte tijd in dienst bij Hertel. Toepassing van het sociaal plan zou voor werknemer aldus leiden tot een onbillijke uitkomst ten opzichte van andere werknemers. Kennelijk was Hertel zelf ook die mening toegedaan, aangezien zij werknemer een vergoeding heeft aangeboden van ruim drie maandsalarissen. Er wordt niet aangesloten bij de kantonrechtersformule of de rekenmethode voor de schadevergoeding ex artikel 7:681 BW. Vanaf het begin van het dienstverband was werknemer al duidelijk dat Hertel in zwaar weer verkeerde en een garantie op behoud van werk heeft werknemer niet gekregen. Er wordt naar billijkheid een vergoeding van drie maandsalarissen toegekend (€ 23.211,99 bruto).