Naar boven ↑

Rechtspraak

Delta Pompen B.V./werknemer
Rechtbank Overijssel (Locatie Enschede), 6 februari 2015
ECLI:NL:RBOVE:2015:600

Delta Pompen B.V./werknemer

Nu in arbeidsovereenkomst geen relatie- en concurrentiebeding is overeengekomen, kan werkgever daar niet op terugkomen door in kort geding te vorderen dat het werknemer wordt verboden werkgever concurrentie aan te doen en relaties van werkgever te benaderen.

Werknemer is op 20 april 2004 in dienst getreden bij Delta Pompen. Hij was onder meer verantwoordelijk voor de acquisitie, verkoop van de producten (prijsbeleid), de automatisering en het klantcontact. Delta Pompen exploiteert een onderneming die zich onder meer bezighoudt met de (groot)handel in pompen. In de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst is noch een non-concurrentiebeding noch een relatiebeding opgenomen. In 2014 is Delta Pompen in contact gekomen met een nieuwe relatie: Derek Lane. Werknemer heeft zijn arbeidsovereenkomst per 1 januari 2015 opgezegd. Op 22 december 2014 is werknemer op staande voet ontslagen. Als reden wordt vermeld dat werknemer contact heeft opgenomen met Derek Lane en heeft aangeboden de order van Delta Pompen uit het systeem te halen en vanuit zijn nieuwe onderneming dezelfde pompen tegen betere condities te leveren. Delta Pompen vordert werknemer te verbieden om gedurende een periode van één jaar direct of indirect via een derde klanten van Delta Pompen te benaderen, gebruik of misbruik te maken van informatie opgedaan bij Delta Pompen en Delta Pompen op onrechtmatige wijze concurrentie aan te doen.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Partijen hebben bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst geen aanleiding gezien een concurrentie- en/of relatiebeding overeen te komen. In dat geval geldt als uitgangspunt dat het een werknemer vrijstaat zijn voormalig werkgever te beconcurreren. Dit geldt ongeacht of dit direct (met een eigen onderneming) of indirect (in dienst van een andere onderneming) gebeurt. Met haar vorderingen komt Delta Pompen in feite op haar keuzes terug. De aard van een kortgedingprocedure brengt met zich dat in een dergelijke procedure geen, althans niet opnieuw, rechten en verplichtingen ten principale tussen partijen kunnen worden vastgesteld. De vorderingen van Delta Pompen worden afgewezen. Met betrekking tot de door werknemer gevorderde gefixeerde schadevergoeding, beroept Delta Pompen zich op verrekening met haar vordering uit hoofde van de wettelijke schadevergoeding, waarop zij recht heeft nu werknemer haar een dringende reden heeft gegeven voor een ontslag op staande voet. Over de door werknemer gevorderde gefixeerde schadevergoeding (en de dringende reden) zal in een bodemprocedure moeten worden geoordeeld, zodat ook deze vordering wordt afgewezen.