Naar boven ↑

Rechtspraak

X/Vercobe Facility B.V.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 6 augustus 2014
ECLI:NL:RBZWB:2014:7339

X/Vercobe Facility B.V.

Zoon van overleden werknemer is niet ontvankelijk in vordering betreffende betaling van achterstallige verlofuren en vakantiegeld. Er is niet kenbaar gemaakt dat wordt opgetreden namens de gezamenlijke deelgenoten.

X is de zoon van werknemer, die op 6 mei 2003 in dienst is getreden bij Vercobe. De vader is op 1 mei 2013 overleden, waardoor aan het dienstverband met Vercobe een eind is gekomen. Werknemer is samen met zijn broer erfgenaam van de vader. X vordert betaling van achterstallige verlofuren en vakantiegeld.

De kantonrechter overweegt dat ingevolge het bepaalde in artikel 3:171 BW iedere deelgenoot, tenzij een regeling anders bepaalt, bevoegd is tot het instellen van rechtsvorderingen ter verkrijging van een rechterlijke uitspraak ten behoeve van de gemeenschap. Het is (HR 8 september 2000, JOR 2001/19) niet noodzakelijk dat alle deelgenoten/erfgenamen in het geding betrokken worden. Wel dienen de procederende deelgenoten in de dagvaarding kenbaar te maken dat zij optreden (als formele partij) voor de gezamenlijke deelgenoten (als materiële partij) en dat zij een uitspraak ten behoeve van de gemeenschap wensen. X heeft dit in de dagvaarding nagelaten en vordert betaling aan hem privé. Hij kan daarom (zie ook HR 5 maart 1999, NJ 1999/383) niet in zijn vordering worden ontvangen. Ten overvloede merkt de kantonrechter nog op dat het beroep van X op de bij de verklaring van erfrecht gegeven volmacht overigens niet opgaat. Zijn broer heeft geen volmacht gegeven voor het (mede) namens hem instellen van rechtsvorderingen.