Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/werkgever en leidinggevende van werkgever
Gerechtshof Amsterdam (Locatie Amsterdam), 11 augustus 2015
ECLI:NL:GHAMS:2015:3301

werknemer/werkgever en leidinggevende van werkgever

Werkgever niet aansprakelijk voor schade ten gevolgde van vechtpartij tussen werknemer en leidinggevende na werktijd.

Werkgever exploiteert een schoonmaakbedrijf. X heeft bij werkgever op basis van een arbeidsovereenkomst als schoonmaker op het project Bloemenveiling Aalsmeer gewerkt van oktober 2006 tot oktober 2010. Z was in die periode als assistent-regiomanager bij werkgever in dienst en eveneens werkzaam op voornoemd project en als zodanig (mede)leidinggevende van X. Op 29 april 2008 heeft zich na afloop van de werkzaamheden tussen X en Z een ruzie voorgedaan. Volgens X heeft Z hem tweemaal op het rechteroor geslagen. Bij onherroepelijk geworden vonnis van 2 november 2010 heeft de politierechter Z wegens mishandeling veroordeeld tot een geldboete. Werknemer heeft van werkgever en Z schadevergoeding gevorderd. De kantonrechter heeft de vorderingen afgewezen.

Het hof oordeelt als volgt. De vordering tot schadevergoeding wegens de door Z op 29 april 2008 gepleegde mishandeling baseert X in de eerste plaats op artikel 7:658 BW. Tussen partijen staat vast dat de mishandeling door Z van X na afloop van het werk plaatsvond toen een aantal werknemers van werkgever, onder wie X, met een bedrijfsbusje naar huis teruggebracht moesten worden. X bevond zich in het bedrijfsbusje en heeft een aantal keer op de claxon gedrukt omdat hij vond dat het vertrek van het busje te lang op zich liet wachten. Daarop is, aldus een aantal getuigen waarop X zich ook beroept, Z naar X toegelopen en heeft hij X twee maal op het hoofd/rechteroor geslagen. Artikel 7:658 BW ziet op de verplichting van de werkgever een veilige werkomgeving te creëren. Dit artikel schept echter geen aansprakelijkheid voor door collega-werknemers gepleegde onrechtmatige daden als de onderhavige, waarvan gesteld noch gebleken is dat Y deze als werkgeefster had kunnen voorzien en ter voorkoming waarvan zij maatregelen had kunnen treffen. Artikel 7:658 BW biedt dus geen grondslag voor aansprakelijkheid van Y voor het incident op 29 april 2008. Evenmin bieden artikel 7:611 BW en/of artikel 6:170 BW deze grondslag, nu de band met het werk ontbreekt. Het enkele feit dat Z ook leidinggevende van X is, is onvoldoende.

Dat werknemer reeds voor 29 april door zijn leidinggevende (en werkgever) werd getreiterd waardoor hij eveneens schade heeft geleden, is onvoldoende komen vast te staan. De aan werknemer opgelegde sanctie ‘schorsing met behoud van loon’ na een doodsbedreiging aan de leidinggevende, is niet aan te merken als ‘getreiter’.