Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Hewlett-Packard CDS (Nederland) B.V.
Rechtbank Midden-Nederland (Locatie Lelystad), 30 maart 2016
ECLI:NL:RBMNE:2016:1848

werknemer/Hewlett-Packard CDS (Nederland) B.V.

Werkgever is niet gerechtigd tot eenzijdige wijziging leaseautoregeling. Er is niet voldaan aan de Stoof/Mammoet-criteria.

Werknemer is op 1 januari 2010 bij CDS in dienst getreden in de functie van Customer Service Engineer. Werknemer is vanaf 1 januari 2010 tewerkgesteld bij General Electrics te Eindhoven en vanaf 1 oktober 2010 tewerkgesteld bij Heineken in een mobiele functie. Vanaf oktober 2012 is werknemer tewerkgesteld bij Koninklijke Philips B.V. te Eindhoven met een vaste standplaats. Thans vordert werknemer te verklaren voor recht dat het recht op gebruik van een leaseauto tot een arbeidsvoorwaarde behoort. Voorts vordert werknemer te verbieden dat de leaseregeling eenzijdig zal worden gewijzigd. Ten slotte vordert werknemer veroordeling van CDS om werknemer in staat te stellen om ook na 1 januari 2016 gebruik te blijven maken van de geldende leaseregeling. CDS voert gemotiveerd verweer.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Werknemer is op 1 januari 2010 in dienst getreden van CDS. Ten behoeve van die functie is door CDS een auto van de zaak ter beschikking gesteld. Dit is ongeclausuleerd opgenomen in het aanhangsel bij de arbeidsovereenkomst van 29 december 2009. Het feit dat werknemer al vanaf de aanvang van zijn dienstverband (ruim 4 jaar) de beschikking heeft gehad over een leaseauto die hij ook in privé, op kosten van CDS, kon gebruiken, brengt naast bovengenoemde vastlegging in het aanhangsel bij de arbeidsovereenkomst met zich dat het beschikken over een leaseauto zonder meer deel is gaan uitmaken van zijn arbeidsvoorwaarden. De stelling van CDS dat geen sprake is van een arbeidsvoorwaarde gaat dan ook niet op. Verder heeft CDS aangevoerd dat uitvoering wordt gegeven aan de bestaande arbeidsvoorwaarden, omdat het recht op een leaseauto afhangt van het al dan niet zijn van een ‘mobiele medewerker’. Hetgeen CDS op grond van dit beleid stelt komt niet terug in de arbeidsovereenkomst, het aanhangsel bij de arbeidsovereenkomst, de leaseovereenkomst van de auto of de Secundaire Arbeidsvoorwaarden en Bedrijfsregels 2015. Gelet hierop is niet aannemelijk geworden dat bij het accepteren van de leaseauto door werknemer kenbaar was dat op grond van geldend beleid binnen CDS de leaseauto bij het stoppen van ‘mobiele werkzaamheden’ zou moeten worden ingeleverd. Dat CDS thans heeft besloten een einde te maken aan de toekenning van een leaseauto betekent derhalve dat zij eenzijdig wenst over te gaan tot wijziging van een arbeidsvoorwaarde. De vraag die thans moet worden beantwoord is of zij tot deze eenzijdige wijziging mag overgaan. Immers, in de individuele arbeidsovereenkomst is geen beding opgenomen dat CDS de bevoegdheid geeft de arbeidsvoorwaarden eenzijdig te wijzigen. Ook de regeling Secundaire Arbeidsvoorwaarden en Bedrijfsregels 2015 kent geen algemene bepaling die CDS de bevoegdheid verleent om tot wijziging van de arbeidsvoorwaarden over te gaan. Nu er geen schriftelijk eenzijdig wijzigingsbeding is overeengekomen, en artikel 7:613 BW hier derhalve niet aan de orde is, dient de vraag of CDS desalniettemin tot wijziging van de arbeidsvoorwaarde mocht overgaan te worden getoetst aan de criteria in het arrest Stoof/Mammoet (HR 11 juli 2008, JAR 2008/204). Naar het oordeel van de kantonrechter heeft CDS onvoldoende gesteld op welke wijziging van omstandigheden zij zich beroept. Voor zover de wijziging van (mobiele) werkzaamheden de omstandigheid is waarop CDS zich beroept, dan geldt dat zij die onvoldoende heeft onderbouwd. Het enkele feit dat werknemer als ‘niet-mobiele medewerker’ minder voor CDS oplevert, is daarvoor onvoldoende. Bovendien geldt dat niet is gebleken dat CDS een redelijk voorstel aan werknemer heeft gedaan. Dit betekent dat niet voldaan is aan de vereisten voor eenzijdige wijziging. De eerste vordering van werknemer behoort dan ook te worden toegewezen. Dit ligt anders met betrekking tot de vordering van werknemer waarin hij een verbod verlangt de leaseregeling eenzijdig op te zeggen. Immers, een absoluut verbod tot eenzijdige wijziging kan niet worden toegewezen. De vordering tot een veroordeling van CDS om na 1 januari 2016 werknemer in staat te stellen gebruik te blijven maken van een leaseauto kan evenmin worden toegewezen.