Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Leeuwarden), 22 augustus 2017
ECLI:NL:GHARL:2017:7278
werkneemer/De Jong Gorredijk BV
Feiten
Werknemer is sinds 1995 bij De Jong Gorredijk BV in dienst als verkoopmanager. In de arbeidsovereenkomst is ten behoeve van werknemer een winstdelingsregeling opgenomen. In 1999/2000 heeft een ingrijpende reorganisatie plaatsgevonden. In het kader van deze reorganisatie is de functie van werknemer als verkoopmanager gewijzigd in de functie van accountmanager. Vanaf 1999 heeft De Jong Gorredijk jaarlijks winst behaald. Tot 2012 heeft werknemer geen beroep gedaan op de winstdelingsregeling. In 2012 is de arbeidsovereenkomst met werknemer met wederzijds goedvinden per 1 januari 2013 beëindigd. Werknemer vordert een verklaring voor recht dat hij rechten kan ontlenen aan de winstdelingsovereenkomst in zijn arbeidsovereenkomst en veroordeling van De Jong Gorredijk tot betaling van zijn winstdeel over de jaren 2008 tot en met 2012. De kantonrechter heeft in eerste aanleg de vorderingen van werknemer afgewezen. Tegen dit vonnis komt werknemer in hoger beroep.
Oordeel
Tussen partijen is niet in geschil dat in 1999/2000 een ingrijpende reorganisatie heeft plaatsgevonden, waarbij het aantal arbeidsplaatsen van circa 160 is verminderd naar circa 110. Voor De Jong Gorredijk was het van belang werknemer vanwege zijn klantcontacten te behouden. De klantcontacten die hij als verkoopmanager had zijn ook na de reorganisatie in zijn functie als accountmanager gebleven. De reorganisatie had tot gevolg, zoals ook uit de overgelegde organisatieschema’s blijkt, dat de leidinggevende taken van werknemer kwamen te vervallen. Hierdoor is sprake van een (ingrijpende) wijziging van de functie. De ad interim-directeur X heeft aan werknemer gevraagd of hij met de wijziging van zijn functie met behoud van zijn loon instemde. Niet in geschil is dat X op dat moment niet bekend was met de schriftelijke arbeidsovereenkomst van werknemer en de daarin opgenomen winstdelingsregeling. Onder het aanbod voor de gewijzigde functie tegen hetzelfde loon heeft X namens De Jong Gorredijk dan ook niet begrepen de winstdelingsregeling. Voorts had werknemer op dat moment op papier weliswaar een winstdelingsregeling, maar in de praktijk had dat vanwege de (vele jaren) verliesgevende situatie bij De Jong Gorredijk geen betekenis. Er hebben aan werknemer nooit uitkeringen op basis van de winstdelingsregeling plaatsgevonden. Bovendien was die winstdelingsregeling in de arbeidsovereenkomst van werknemer slechts voor één jaar concreet ingevuld en zou deze daarna geëvalueerd worden, hetgeen niet is gebeurd. Voorts was de winstdelingsregeling bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst in 1995 gekoppeld aan de regeling van de drie directieleden. De winstdelingsregeling voor de drie directieleden is betrekkelijk kort nadien belangrijk gewijzigd en beperkt en daarna – voor het aanbod aan werknemer voor de gewijzigde functie – vervallen. Onder deze omstandigheden kon werknemer er bij het aanbod voor een gewijzigde functie met behoud van loon niet van uitgaan dat met loon ook werd bedoeld de winstdelingsregeling. Dat werknemer toen ook heeft begrepen dat de winstdelingsregeling geen deel meer uitmaakte van de arbeidsovereenkomst blijkt uit hetgeen daarna is voorgevallen. Werknemer ging in of omstreeks 2001 er kennelijk al van uit dat de winstdelingsregeling uit 1995 was vervallen doordat hij onweersproken heeft gelaten dat hij in of omstreeks 2001, toen in het managementteam en vervolgens de ondernemingsraad een nieuwe winstdelingsregeling voor het personeel werd besproken en waarbij onder meer discussie was over de vraag welke werknemers wel en welke werknemers niet onder de voorgenomen winstdelingsregeling zouden gaan vallen, aan algemeen directeur Y heeft gevraagd of de nieuwe winstdelingsregeling voor hem zou gelden. Directeur X heeft toen geantwoord dat zijn loon feitelijk al te hoog was, zodat hij op de (voorgenomen) winstdelingsregeling geen aanspraak zou kunnen maken. Voorts is De Jong Gorredijk na 2000 jaarlijks behoorlijke winst gaan maken, waarmee werknemer als MT-lid bekend was. Desondanks heeft hij al die jaren tot 2012 nooit aanspraak op een winstdeling gemaakt, terwijl als de in de arbeidsovereenkomst van 1995 opgenomen winstdelingsregeling nog zou gelden, hem jaarlijks een fors bedrag zou toekomen. Uit het voorgaande volgt dat partijen met de gewijzigde functie een nieuwe arbeidsovereenkomst zijn aangegaan, waarvan de winstdelingsregeling uit 1995 geen deel uitmaakt. Volgt bekrachtiging van het bestreden vonnis.