Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Valkenhuizen Exploitatie B.V.
Rechtbank Limburg (Locatie Maastricht), 31 augustus 2017
ECLI:NL:RBLIM:2017:8584

werknemer/Valkenhuizen Exploitatie B.V.

Vordering tot loondoorbetaling in kort geding toegewezen. Werkgever heeft onvoldoende omstandigheden aangevoerd op grond waarvan doorbetaling van loon zou moeten worden stopgezet.

Feiten

Werknemer is per 9 februari 2017 krachtens arbeidsovereenkomst als oproepkracht in dienst getreden bij Valkenhuizen Exploitatie B.V. (hierna: Valkenhuizen) als medewerker in een carwash voor de duur van zeven maanden, derhalve tot 9 september 2017, tegen een bruto uurloon van € 10,06. Op 21 mei 2017 heeft werknemer zich ziek gemeld. Op 24 en 31 mei 2017 heeft de bedrijfsarts een rapport opgesteld. Hierin is geconcludeerd dat werknemer een chronische medische aandoening heeft en aangepast werk kan verrichten. De bedrijfsarts verzoekt Valkenhuizen contact op te nemen met werknemer om afspraken te maken omtrent werkdagen en -tijden. Vanaf mei 2017 heeft Valkenhuizen het loon onbetaald gelaten. Vervolgens heeft Valkenhuizen bij brief van 15 juni 2017 aan werknemer medegedeeld dat het loon met ingang van die dag zou worden stopgezet, omdat hij ‘die dag de instructies van zijn leidinggevende niet heeft opgevolgd’. Werknemer wendt zich thans tot de kantonrechter en vordert de veroordeling van Valkenhuizen tot betaling van loon.

Oordeel

Onbetaald gelaten loon

Ten aanzien van het onbetaald gelaten loon in de periode van mei 2017, oordeelt de kantonrechter als volgt. Valkenhuizen heeft ter zitting toegezegd dit bedrag zo spoedig mogelijk uit te zullen betalen. Ten aanzien van de omvang van het loon, heeft te gelden dat Valkenhuizen dit becijfert op € 571,76 bruto. Dit is door werknemer niet specifiek betwist, zodat het zal worden toegewezen. De berekening is als volgt. Uitgaande van genoemde 56 uur over de periode 1 tot en met 20 mei 2017, wordt een gemiddeld aantal uren over mei 2017 berekend van 86,8 uren (56/20x31). Dit leidt tot een gemiddeld aantal uren over de laatste drie maanden voorafgaand aan de ziekmelding (159 over maart 2017, 148 over april 2017 en 86,8 over mei 2017) van 131,27 uren per maand, hetgeen resulteert in een brutomaandloon van € 1320,58 exclusief vakantiebijslag.

Stopzetting van loon

De stelling van Valkenhuizen dat het loon vanaf 15 juni 2017 niet meer verschuldigd is, kan niet worden gevolgd omdat de inhoud van de brief – waarin staat opgenomen dat werknemer die dag de instructies van leidinggevende niet heeft opgevolgd – veel te vaag is omtrent hetgeen werknemer verweten wordt. Van een (andere) gegronde reden om het loon niet door te betalen is niet gebleken. Daar komt nog bij dat werknemer aangeeft de brief nooit te hebben ontvangen.

Uitsluitingsgrond ex artikel 7:629 lid 3 BW

Valkenhuizen voert voorts aan dat zij in ieder geval vanaf 30 juni 2017 het loon niet meer verschuldigd is. In dit verband geeft zij te kennen dat werknemer zich op die dag niet heeft gemeld om afspraken te maken omtrent de hervatting van werkzaamheden. De kantonrechter gaat hieraan voorbij, nu Valkenhuizen heeft nagelaten aan te geven op welke uitsluitingsgrond ex artikel 7:629 lid 3 BW zij zich expliciet beroept. Daarnaast heeft zij veel te weinig gesteld omtrent hetgeen van werknemer in het kader van zijn re-integratie mocht worden verwacht. Hier komt nog bij dat werknemer ter zitting te kennen heeft gegeven dat hij zich wel degelijk had gemeld en met een medewerker van Valkenhuizen een ‘stevig gesprek’ heeft gehad. Voorts is komen vast te staan dat werknemer ook nog ná 30 juni 2017 werkzaamheden heeft verricht en zich pas daags vóór de zitting voor de eerste keer moest melden bij de bedrijfsarts. Met inachtneming van het vorenstaande, oordeelt de kantonrechter dat de vordering tot doorbetaling van loon vanaf 21 mei 2017 zal worden toegewezen, inclusief wettelijke verhoging van het loon over mei en juni 2017 omdat dit te laat is betaald.