Rechtspraak
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Alkmaar), 28 oktober 2021
ECLI:NL:RBNHO:2021:9545
Feiten
Nautilus International (hierna: Nautilus) is een vereniging die opkomt voor de belangen van haar leden en werknemers in de Nederlandse maritieme sector. Een van haar doelstellingen is het handhaven van de arbeidswetgeving. Acta Marine Holding B.V. (hierna: Acta Marine) en haar Nederlandse dochtermaatschappijen zijn actief in de maritieme sector. Nautilus heeft leden in de onderneming van Acta Marine. Acta Marine is doende voor het hele concern een nieuw op te richten ondernemingsraad (OR) in te stellen. Bij brief van 12 augustus 2021 heeft Acta Marine aan Nautilus meegedeeld dat op 1 november 2021 verkiezingen zullen plaatsvinden voor de OR en verzoekt zij te onderzoeken of er onder de leden van Nautilus medewerkers zijn van Acta Marine die zich beschikbaar willen stellen. Het voorlopig reglement is als bijlage toegevoegd. Uit dit reglement blijkt onder meer dat uitzend- en inleenkrachten die langer dan twee jaar in de organisatie werkzaam zijn geen actief of passief kiesrecht kennen en dat de OR een voorziening zal treffen om deze personen te vertegenwoordigen. Bij brief van 26 augustus 2021 heeft Nautilus Acta Marine erop gewezen dat het uitsluiten van deze groep voor actief en passief kiesrecht in strijd is met de wet (art. 1 lid 3 sub a WOR). Nautilus vordert dat de kantonrechter, bij wijze van voorlopige voorziening, Acta Marine veroordeelt de op 1 november 2021 geplande verkiezingen geen doorgang te laten vinden en haar bij de instelling van de OR verbiedt om uitzend- en inleenkrachten langer dan twee jaar in dienst uit te sluiten van actief en passief kiesrecht.
Oordeel
Acta Marine wordt door de kantonrechter gekwalificeerd als onderneming en dient zich dus te houden aan de bepalingen uit de WOR. De kantonrechter is van oordeel dat in hoge mate waarschijnlijk is dat de bodemrechter zal oordelen dat artikel 5 lid 3 van het Voorlopig Reglement in strijd is met de WOR. Om die reden ziet de kantonrechter aanleiding om de geplande OR-verkiezingen bij Acta Marine op grond van het Voorlopig Reglement geen doorgang te laten vinden. De kantonrechter licht dat als volgt toe. Naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter is de generieke uitsluiting van actief en passief kiesrecht van uitzend- en inleenkrachten die langer dan twee jaar in de onderneming werkzaam zijn in strijd met artikel 1 lid 3 sub a WOR. In laatstgenoemd artikel is het begrip ‘in de onderneming werkzame personen’ immers uitgebreid met ingeleende en uitgeleende werknemers. Partijen zijn verdeeld over de vraag of artikel 1 lid 3 sub a WOR alleen ziet op uitzendkrachten op basis van een Nederlandse uitzendovereenkomst (Acta Marine) of ook ziet op uitzendkrachten op basis van een buitenlandse uitzendovereenkomst die gelijk is te stellen met een Nederlandse uitzendovereenkomst (Nautilus). De kantonrechter is voorshands van oordeel dat in de WOR geen aanwijzingen zijn te vinden dat het begrip “uitzendkracht” als bedoeld in artikel 1 lid 3 sub a WOR is beperkt tot uitzendkrachten die werkzaam zijn op basis van uitzendovereenkomsten naar Nederlands recht. Anders zou voorbij worden gegaan aan de strekking van de WOR, dat deze wet van toepassing is op in Nederland gevestigde ondernemingen en personen die feitelijk in die onderneming werkzaam zijn. Doel van de WOR is immers om uitzendkrachten die langere tijd in de onderneming werken medezeggenschapsrechten toe te kennen. Al het voorgaande leidt tot de conclusie dat op basis van het Voorlopig Reglement geen verkiezingen kunnen worden gehouden. Het belang van Nautilus (strijd met de wet) weegt daarmee zwaarder dan het belang van Acta Marine (uitstellen van de verkiezingen schaadt de gehele werkpopulatie en er is al veel tijd in de voorbereidingen gaan zitten). Als de geplande verkiezingen zouden doorgaan, zou een ondernemingsraad worden ingesteld waarvan op voorhand vaststaat dat deze niet op wettelijke wijze tot stand is gekomen. Gelet op wat hiervoor is overwogen, is de vordering om de verkiezingen geen doorgang te laten vinden op 1 november 2021 dus toewijsbaar. In het verlengde hiervan zal Acta Marine eveneens worden veroordeeld om het Voorlopig Reglement zodanig aan te passen dat uitzendkrachten die voldoen aan de termijn van artikel 1 lid 3 WOR niet worden uitgesloten van het kiesrecht.