Rechtspraak
Rechtbank Oost-Brabant (Locatie Eindhoven), 26 februari 2025
ECLI:NL:RBOBR:2025:1220
Feiten
Werknemer was sinds 2013 in dienst van Philips Electronics Nederland B.V. (hierna: Philips Electronicss). Sinds 2 februari 2024 was werknemer statutair bestuurder van Maverix B.V. (hierna: Maverix), (thans: Xiver Mems Foundry B.V. (hierna: Xiver). Per 2 januari 2025 is werknemer in dienst getreden bij Maverix als gevolg van een overgang van onderneming. Xiver is een chipfabrikant. Op grond van een SPA heeft Koninklijke Philips N.V. de aandelen in Maverix geleverd aan Xiver. Er is afgesproken dat in de 24 maanden na de overgang van onderneming geen werknemers zullen worden ontslagen. Dit beding is opgenomen in de koopovereenkomst. De nieuwe aandeelhouders hebben eisers verteld een directievoorzitter nodig te hebben met ervaring in het managen van een zelfstandig bedrijf, en dat eiser niet over die kwaliteiten beschikte. De nieuwe aandeelhouders hebben eiser daarom gevraagd met een plan te komen waaruit zou blijken dat hij de uitdaging aan zou kunnen. De nieuwe aandeelhouders hebben vervolgens een andere directievoorzitter gevonden. Aan eiser is toen gevraagd na te denken over de manier waarop hij van waarde kon zijn binnen Business Development. Eiser heeft aangegeven alleen open te staan voor de rol van algemeen manager en iedere andere rol af te wijzen. Xiver heeft eiser vervolgens een conceptvaststellingsovereenkomst verstrekt. Die heeft eiser via zijn gemachtigde afgewezen. Xiver heeft om een tegenvoorstel gevraagd, dat eiser verstrekt heeft. Op 14 januari 2025 is binnen Xiver een nieuwsbrief verspreid waarin het vertrek van eiser is aangekondigd. Philips heeft vervolgens bij Xiver gewezen op de bepaling uit de koopovereenkomst over het in dienst houden van werknemers. Vervolgens heeft Philips Xiver aansprakelijk gesteld voor eventuele schade aan de zijde van Philips ingeval nakoming zou uitblijven. Eiser vordert een verbod voor Xiver om eiser te ontslaan voor een periode van 24 maanden, vordert een gebod voor Philips om Xiver aan te spreken op nakoming van de koopovereenkomst, een veroordeling van Xiver tot het in staat stellen van eiser om zijn oude functie uit te oefenen, en een veroordeling van Xiver tot het doen van een rectificatie.
Oordeel
De kantonrechter oordeelt als volgt. Het spoedeisend belang van eiser is gegeven omdat Xiver heeft aangegeven dat als partijen er niet uitkomen, zij een ontbindingsverzoek zal indienen. Eiser stelt dat het door Xiver en Philips overeengekomen ontslagverbod in artikel 7.5.2. van de koopovereenkomst moet worden aangemerkt als derdenbeding waarop hij zich als werknemer kan beroepen. Philips heeft dit ook erkend. De algemene uitsluiting waar Xiver zich op beroept overtuigt de kantonrechter niet. De vordering van eiser, die Xiver verbiedt eiser gedurende een periode van twee jaar te ontslaan op grond van de koopovereenkomst, wordt toegewezen. De vordering voor een gebod voor Philips om Xiver aan te spreken wordt afgewezen: Philips heeft dit al meermaals gedaan. De vordering om eiser in staat te stellen zijn oude functie weer uit te oefenen wordt afgewezen, omdat de functie niet meer bestaat. Het gaat te ver om in kort geding te oordelen dat Xiver haar nieuwe bedrijfsstructuur moet terugdraaien. Uit het verloop van de zitting blijkt dat eiser een functie wil die gelijkwaardig is aan zijn oude functie, en dat Xiver daaraan bij wil dragen. De conclusie is dat de vorderingen van eiser ten aanzien van zijn oude functie en de rectificatie niet zien op wat partijen verdeeld houdt en waarover zij nog in onderhandeling zijn. De wens om een gelijkwaardige functie te bekleden ligt in kort geding niet ter beoordeling voor. De proceskosten worden gecompenseerd.