werknemer/Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland

Feiten

Werknemer is in 1995 in dienst getreden bij Natuurmonumenten. De laatste functie die werknemer vervulde, is die van Boswachter Natuurbeheer C. Begin 2016 heeft Natuurmonumenten voorgesteld om werknemer te laten coachen. Op 20 juni 2016 heeft nog een gesprek plaatsgevonden, waarin werknemer een time out heeft gekregen en hem is aangeraden contact op te nemen met zijn huisarts. De bedrijfsarts heeft bij brief van 28 juni 2016 meegedeeld dat werknemer functionele beperkingen heeft ten aanzien van persoonlijk en sociaal functioneren met belangrijke factoren in de privésituatie. Begin juli 2016 heeft werknemer zijn werkzaamheden hervat. Daarna heeft weer een aantal incidenten plaatsgevonden. Bij brief d.d. 28 oktober 2016 is bevestigd dat werknemer per 1 november voor bepaalde tijd in beheereenheid Zuid-Drenthe gedetacheerd wordt. De reden hiervoor is dat hij al langere tijd onvoldoende functioneert. Na een half jaar zal geëvalueerd worden hoe het gaat en of voldoende progressie is gemaakt. Indien dit zo is, dan zal een tweede halfjaar volgen. Als dat niet zo is, wordt een exit traject gestart. Natuurmonumenten heeft werknemer per brief van 14 september 2017 laten weten dat het voornemen was om hem in november 2017 definitief te beoordelen op gedrag en functioneren, maar dat dit moment niet wordt afgewacht omdat geen enkele verbetering wordt gezien. Werknemer heeft zich vervolgens ziek gemeld. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden op de e-grond en het gedrag van werknemer aangemerkt als ernstig verwijtbaar. Werknemer komt hiertegen in hoger beroep.

Oordeel

Het hof is er niet van overtuigd geraakt dat het gedrag van werknemer hem ook subjectief verwijtbaar is. Zoals werknemer ter zitting zelf opmerkte, herkent hij zichzelf de laatste jaren niet en geven ook vrienden van hem aan dat zij zijn gedrag niet herkennen. Onder deze omstandigheden is het hof van oordeel dat de arbeidsovereenkomst ontbonden had moeten worden op de g-grond. Duidelijk is dat Natuurmonumenten door het repeterende gedrag van werknemer het vertrouwen in hem is verloren, ondanks alle pogingen dat gedrag ten goede te keren. De arbeidsverhouding tussen partijen is daarmee zodanig verstoord geraakt, dat voortduring van het dienstverband niet langer van Natuurmonumenten gevergd kan worden, ook niet op weer een andere locatie. Van het ontstaan en voortbestaan van die verstoorde verhouding valt werknemer evenwel geen ernstig verwijt te maken. De arbeidsovereenkomst is dus terecht ontbonden, maar op de onjuiste grond (e-grond in plaats van g-grond) en tegen een te vroege datum. Het hof zal daarom de bestreden beschikking vernietigen en bepalen dat de arbeidsovereenkomst niet per 1 februari 2018 maar per 1 maart 2018 is geëindigd.