Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Leeuwarden), 26 oktober 2018
ECLI:NL:GHARL:2018:9360
werknemer/NS Reizigers B.V.
Feiten
Werknemer is teammanager bij werkgeefster. In de gedragscode van werkgeefster is opgenomen dat relaties op de werkvloer met werkgeefster besproken dienen te worden. Tevens is een fraudecode van toepassing. Werknemer vraagt de dienstindeling van werkgeefster of de dienst van 13 augustus 2017 van B, een van de medewerkers uit zijn team met wie hij op dat moment een affectieve relatie heeft, kon worden geruild omdat B graag naar werknemers verjaardag wilde. De dienstindeling laat vervolgens aan werknemer weten dat B een dergelijk verzoek zelf moet doen. Twee dagen later ontvangt werknemer van C, eveneens teammanager en collega van werknemer, het volgende WhatsApp-bericht: ‘Hoi [werknemer], Ik heb B ziek gemeld. PS iedereen zwijgplicht’. Werknemer betuigt zijn dank met een ‘dank je’ inclusief vrolijke smileys. C verklaart vervolgens bij werkgeefster dat zij B onterecht had ziekgemeld, maar dat zij haar dienst uiteindelijk met E kon ruilen, zodat hetzelfde effect was bereikt. Werkgeefster dient een ontbindingsverzoek in. De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst en oordeelt dat tevens sprake is van ernstig verwijtbaar handelen.
Oordeel
Regiomanager D heeft met C gesproken over de gang van zaken. Het besprokene is door hem vastgelegd in een brief aan C. Blijkens die vastlegging heeft C aan hem het volgende verklaard. Werknemer heeft haar op 12 augustus 2017 gemeld dat B geen verlof had gekregen voor 13 augustus 2017. Hij heeft haar vervolgens gevraagd B ziek te melden. Dat heeft C in eerste instantie gedaan, maar kort daarna heeft zij die ziekmelding teruggedraaid omdat ze zich realiseerde dat sprake was van een onterechte ziekmelding, waarna zij alsnog heeft bewerkstelligd dat de dienst van B werd geruild. Volgens haar bevoordeelde werknemer B vanuit zijn positie als leidinggevende en pleegde hij fraude door haar onterecht ziek te melden. Deze verklaring van C vindt steun in het door haar via WhatsApp aan werknemer gezonden bericht. Daarin staat immers dat zij B heeft ziek gemeld. Veelzeggend is daaraan toegevoegd ‘PS iedereen zwijgplicht’. Die toevoeging past bij de beschreven actie die namelijk volgens C zelf niet door de beugel kon en waaromtrent door iedereen dus maar beter gezwegen kon worden. De verklaring van C vindt ook steun in het door werknemer via WhatsApp aan C gezonden bericht, dat simpel inhoudt ‘dank je’, voorzien van vrolijke smileys. De verklaring van C bezien in samenhang met beide WhatsApp-berichten maken dat voorshands bewezen is dat de gang van zaken is geweest zoals door C verklaard: werknemer vraagt haar B ziek te melden, zij bevestigt dat ze dat heeft gedaan, ze laat uitkomen dat zowel zij als werknemer weet dat dit niet door de beugel kan en werknemer bedankt haar voor deze actie. Hiertegenover staan wisselende reacties van werknemer. Naar het hof begrijpt, komt zijn stellingname er thans op neer dat hij niet aan C heeft gevraagd B ziek te melden, dat het, integendeel, C was die het voorstel deed haar ziek te melden, dat hij daarop heeft gereageerd met de mededeling dat B beslist niet ziek gemeld moest worden maar dat hij wilde dat haar dienst geruild werd, dat hij de inhoud van het door C gezonden WhatsApp-bericht over de ziekmelding onvoldoende tot zich heeft (kunnen) laten doordringen omdat hij als gevolg van het recente overlijden van zijn vader en de ernstige ziekte van zijn moeder psychisch zwaar belast was en dat hij later aan dat bericht geen aandacht meer heeft geschonken omdat de ziekmelding inmiddels ongedaan was gemaakt en de ruiling alsnog tot stand was gekomen. Voorshands biedt deze stellingname onvoldoende tegenwicht bij de bewijswaardering. C wordt immers uitdrukkelijk bedankt door werknemer voor de ziekmelding en, getuige de smileys, is werknemer met die ziekmelding erg blij. Als het zo was dat werknemer echt niet wilde dat B ziek werd gemeld, is zijn vrolijke reactie toen juist dát gebeurde wat in zijn visie beslist niet mocht gebeuren onbegrijpelijk. Werknemer heeft (tegen)bewijs aangeboden. Conform zijn aanbod zal hij tot die bewijslevering worden toegelaten. In afwachting van de resultaten van die bewijslevering wordt iedere verdere beslissing aangehouden.