Rechtspraak
Rechtbank Noord-Nederland (Locatie Groningen), 20 maart 2019
ECLI:NL:RBNNE:2019:1139
Factory4work Payroll B.V./Cantina Mexicana B.V.
Feiten
Factory4Work is een payrollbedrijf. Cantina Mexicana exploiteert een restaurant te Groningen. Cantina Mexicana heeft als opdrachtgever een Mantelovereenkomst en een Aanvulling gesloten met Payroll Company op grond waarvan Payroll Company werknemers ter beschikking stelt aan Cantina Mexicana. Bij notariële akte heeft Payroll Company Holding B.V. haar aandelen in Factory4Work overgedragen aan een andere (derde) vennootschap. De Mantelovereenkomst en de Aanvulling zijn per 1 juli 2011 geëindigd. In 2012 en 2013 hebben 33 werknemers bij Factory4Work aanspraak gemaakt op onder meer uitbetaling van de door hen opgebouwde niet-genoten vakantiedagen. Factory4Work is uiteindelijk overgegaan tot uitbetaling. Factory4Work heeft Cantina Mexicana gesommeerd tot betaling van de vergoeding voor het aan de 33 werknemers uitbetaalde bedrag. Factory4Work vordert thans onder meer betaling van deze vergoeding.
Oordeel
Cantina Mexicana betwist om te beginnen dat Factory4Work haar contractspartij is. De rechtbank oordeelt hieromtrent dat is voldaan aan de vereisten van artikel 6:159 BW, zodat sprake is geweest van een geldende contractsoverneming en Factory4Work ontvankelijk is in haar vordering. Cantina Mexicana betwist dat partijen zijn overeengekomen dat er geen vakantiedagen zouden worden opgebouwd, of dat er geen vakantiedagen zouden worden uitbetaald aan de haar ter beschikking gestelde werknemers van Factory4Work. Volgens Factory4Work heeft Cantina Mexicana wel degelijk nadrukkelijk verzocht om geen vakantiedagen aan de ter beschikking gestelde werknemers uit te keren. Dit blijkt volgens de rechtbank ook uit artikel 2 van de Aanvulling. Artikel 2 van de Aanvulling moet dan ook zo worden uitgelegd dat Cantina Mexicana verplicht is om, zoals gevorderd, tot vergoeding aan Factory4Work over te gaan. Cantina Mexicana beroept zich vervolgens op de nietigheid van artikel 2 van de Aanvulling wegens strijd met de wet en de goede zeden. Het is volgens haar aan Factory4Work als werkgever om haar wettelijke verplichtingen jegens werknemers na te komen. De rechtbank volgt Cantina Mexicana hierin. De gemaakte afspraak strekt tot benadeling van de werknemers van Factory4Work en daarom is deze naar het oordeel van de rechtbank nietig wegens strijd met de goede zeden. Anders dan Factory4Work betoogt, kan zij niet in plaats van vergoeding voor de aan de 33 werknemers gedane uitkering alsnog haar gebruikelijke standaardtarief aan Cantina Mexicana doorberekenen over de vakantie-uren die aan die gedane uitkering ten grondslag hebben gelegen. Factory4Work kan zich jegens Cantina Mexicana dan ook niet op artikel 2 van de Aanvulling beroepen, zodat deze primair aangevoerde grondslag niet tot toewijzing van de vordering kan leiden. Volgens Factory4Work heeft zij geen kosten voor vakantiedagen bij Cantina Mexicana in rekening gebracht en kan zij – nu de overeenkomst tussen partijen is geëindigd – op grond van artikel 21 lid 10 van de Mantelovereenkomst betaling van de door haar gemaakte kosten ter zake van de uitbetaling van vakantiedagen vorderen. De rechtbank oordeelt dat aan alle vereisten van artikel 21 lid 10 van de Mantelovereenkomst is voldaan, zodat Factory4Work de kosten van de eindafrekening voor haar 33 werknemers aan Cantina Mexicana in rekening kan brengen. De rechtbank oordeelt hierbij wel dat onder 'kosten van de eindafrekening' als bedoeld in artikel 21 lid 10 van de Mantelovereenkomst alleen die kosten zijn begrepen, die verband houden met een reguliere eindafrekening die na de beëindiging van een dienstverband van een werknemer plaatsvindt, dat wil zeggen een afrekening waarbij Factory4Work haar werkgeversverplichtingen naar behoren is nagekomen. Factory4Work mag dan ook niet de wettelijke verhogingen en wettelijke rente die zij als werkgever verschuldigd is geworden als sanctie op niet tijdige betaling van vakantiedagen, in rekening brengen.