Rechtspraak
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 1 augustus 2019
ECLI:NL:RBROT:2019:6109
QoQo Massage Clinics B.V./werknemer
Feiten
Werknemer is op 12 januari 2017 in dienst getreden van QoQo Massage Clinics B.V. (hierna: QoQo), laatstelijk in de functie van masseur op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. In de arbeidsovereenkomst is een concurrentiebeding opgenomen, dat werknemer verbiedt gedurende het dienstverband en de zes daaropvolgende maanden werkzaam te zijn voor een vergelijkbare onderneming binnen een straal van vijf kilometer van een bestaande of nog op te richten vestiging van QoQo. QoQo heeft naast negen salons in Rotterdam salons in verschillende Nederlandse steden. Aan het concurrentiebeding is een boetebeding verbonden, die een boete van € 5.000 per overtreding en € 500 voor iedere dag dat de overtreding blijft voortduren inhoudt. Na opzegging van werknemer is de arbeidsovereenkomst beëindigd op 31 mei 2019. QoQo heeft op 18 mei 2019 geconstateerd dat werknemer als nieuwe aanwinst werd gepresenteerd op de website van een onderneming met een vestiging op minder dan twee kilometer van de vestiging van QoQo waar werknemer werkzaam was. De volgende dag is dit bericht van de website verwijderd. QoQo vordert de bedongen boetes en nakoming van het concurrentiebeding op straffe van een dwangsom.
Oordeel
Niet alleen is bepaald dat werknemer gedurende zes maanden niet mag werken binnen een straal van 5 kilometer van zijn standplaats, maar ook is vermeld dat hij niet mag werken binnen een straal van 5 kilometer van andere vestigingen van QoQo, hetgeen ziet op zowel bestaande als nog op te richten massagesalons. Een dergelijke onbepaalde en ruime formulering verdraagt zich niet met de eisen die aan een concurrentiebeding worden gesteld. Bovendien bergt de formulering in zich dat het concurrentiebeding in de loop van de tijd zwaarder gaat drukken, want gedurende de looptijd van de arbeidsovereenkomst kan door oprichting van andere massagesalons of door fusie van QoQo met andere bedrijven in deze tak van dienstverlening, buiten de invloedssfeer en wil van werknemer om worden bewerkstelligd dat zijn mogelijkheid om ergens anders te werken geografisch verder wordt beperkt. Daarom is het concurrentiebeding te ruim geformuleerd en te verstrekkend. Het aantal klanten dat bereid is ‘mee te gaan’, wordt bovendien gering geschat. Wat betreft het boetebeding wordt overwogen dat dit voorshands bovenmatig wordt geacht, gezien de aard van het werk en gelet op de hoogte van de beloning van werknemer, afgezet tegen het naar het zich laat aanzien beperkte (financiële) belang van QoQo bij het voorkomen van en optreden tegen ongeoorloofde concurrentie zoals in het onderhavige geval. Verder is van belang dat niet is komen vast te staan dat werknemer daadwerkelijk heeft gewerkt voor de (vestiging van de) onderneming die binnen twee kilometer van de vestiging van QoQo is gelegen. De kantonrechter wijst de vorderingen af.