Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/werkgever
Rechtbank Den Haag (Locatie Leiden), 17 november 2016
ECLI:NL:RBDHA:2016:17071

werknemer/werkgever

Werknemer bij casino die dumpschema’s van speelautomaten aan een gast doorspeelt en daarmee vertrouwelijke bedrijfsinformatie naar buiten brengt, is terecht op staande voet ontslagen. Tevens schending van het geheimhoudingsbeding.

Feiten

Werknemer is op 15 september 2015 in dienst getreden bij JVH Hospitality BV (hierna: JVH). Op 5 september 2016 is hij op staande voet ontslagen, omdat hij vertrouwelijke bedrijfsinformatie van JVH, te weten dumpschema’s van speelautomaten (schema’s waarop staat op welke dag, welke automaten worden leeggehaald en geteld), heeft doorgespeeld aan een gast, tevens verdachte in een strafrechtelijke onderzoek, van het casino. Werknemer verzoekt om vernietiging van het ontslag op staande voet.

Oordeel

Onverwijldheid

JVH heeft gemotiveerd toegelicht dat zij van het Landelijk Parket eerst op vrijdag 2 september 2016 toestemming kreeg om naar aanleiding van de verkregen informatie handelend op te treden. Dat komt de kantonrechter aannemelijk voor, nu de informatie deel uitmaakte van een nog lopend strafrechtelijk onderzoek van grotere omvang en het dan niet ongebruikelijk is dat derden als JVH wordt gevraagd de verstrekte informatie nog niet verder te delen. Gelet hierop is het aanzeggen van het ontslag op staande voet op maandag 5 september 2016 onverwijld gebeurd.

Dringende reden

De bedrijfstak van JVH is onderworpen aan strenge regelgeving van de overheid. Overtreding van deze regelgeving kan tot gevolg hebben dat JVH haar vergunningen kwijtraakt. Voor werknemers van JVH gelden algemene bedrijfsbepalingen waarin betrekkelijk stringente gedragsvoorschriften staan vermeld. Werknemer heeft verklaard van het bestaan en de inhoud van deze bepalingen op de hoogte te zijn en ook hierin te zijn getraind. Werknemer heeft met het verstrekken van een tweetal dumpschema’s aan een vaste gast en beroepsgokker een aantal van deze bepalingen op ernstige wijze geschonden. Hij handelde immers in strijd met de regel dat het zonder voorafgaande toestemming van de werkgever niet is toegestaan klanten of gasten te benaderen buiten de werkplek en voorts met de regel dat het verboden is om belangrijke bedrijfsinformatie met derden te delen. Bij het contact hebben met gasten buiten de werkplek had werknemer zich moeten en kunnen realiseren dat hij hiermee zijn boekje te buiten ging. De gast heeft werknemer om de dumpschema’s verzocht en werknemer had het contact hierover moeten afhouden. Bij het verstrekken van dumpgegevens gaat het om bedrijfsgegevens waarbij duidelijk is dat deze onder de geheimhoudingsplicht vallen. Werknemer heeft derhalve ook in strijd met deze verplichting gehandeld. Naar het oordeel van de kantonrechter is daarom van de ernst en de dringendheid van de aan het ontslag ten grondslag gelegde dringende reden voldoende gebleken. De omstandigheden die werknemer aanvoert, zoals het feit dat hij verder een onberispelijke staat van dienst heeft en dat het om een eenmalige misstap is gegaan, doen hier onvoldoende aan af, nu het bij JVH om bedrijfsactiviteiten gaat waarin integriteit en betrouwbaarheid van personeel essentieel is en waarbij de werkgever zonder meer op de werknemer moet kunnen vertrouwen. Gelet op het voorgaande is de kantonrechter van oordeel dat sprake is van een geldig ontslag op staande voet en het verzoek tot vernietiging zal worden afgewezen. JVH heeft verder om een schadevergoeding op grond van onregelmatige opzegging verzocht. Nu werknemer opzettelijk althans door zijn schuld JVH een dringende reden voor ontslag op staande voet heeft gegeven, is hij ingevolge artikel 7:677 lid 2 BW verplicht een vergoeding te betalen van € 3.365,01. Tevens is werknemer een boete wegens schending van het geheimhoudingsbeding verschuldigd, vastgesteld op – na matiging door de kantonrechter – € 500.