werknemer/werkgeefster

Feiten

Werknemer is op 18 september 2017 voor 12 maanden in dienst getreden bij werkgeefster. In de arbeidsovereenkomst is een reiskostenvergoeding opgenomen. Partijen hebben besproken dat werknemer naar verwachting ongeveer 20.000 km per jaar zal rijden. Werknemer heeft maandelijks € 500 gedeclareerd, zijnde 20.000 gedeeld door 12 maanden. Gedurende tien maanden is deze kilometervergoeding uitbetaald. Werknemer heeft op heeft 15 oktober 2017 meegedaan aan een wielerronde. Tijdens deze ronde is zijn racefiets beschadigd vanwege een val. Werknemer is vrijgesteld van arbeid per 29 augustus 2018. De arbeidsovereenkomst is geëindigd op 17 september 2018. Er heeft geen eindafrekening plaatsgevonden. Werknemer heeft in eerste aanleg verstrekking van een correcte eindafrekening verzocht. Als nevenvordering heeft hij ook vergoeding van de schade aan zijn fiets gevorderd, omdat de schade aan de racefiets is ontstaan tijdens de uitoefening van zijn werkzaamheden. De kantonrechter heeft overwogen dat uit niets is gebleken dat werkgeefster niet reeds aan de verplichting tot eindafrekening heeft voldaan. Over de schade van de fiets heeft de kantonrechter overwogen dat niet is gebleken dat werkgeefster bekend was met deelname van werknemer aan de wielerronde en werkgeefster om die reden niet verantwoordelijk kan worden gehouden. Werknemer komt tegen de beschikking in hoger beroep.

Oordeel

In het licht van de Haviltex-maatstaf oordeelt het hof dat werknemer er niet op mocht vertrouwen dat door zijn wijze van indienen en afrekenen, hij recht heeft gekregen op een vaste reiskostenvergoeding die hij niet meer nader zou hoeven te specificeren en documenteren. Naar het oordeel van het hof is het niet blijvend onmogelijk voor werknemer om zijn zakelijke kilometers nader te specificeren en documenteren. Voor zover werknemer zijn administratie niet bewaard heeft, komt dit voor zijn rekening en risico. De grieven die zien op uitbetaling van de openstaande loonvorderingen en emolumenten falen. Ten aanzien van de schade aan de fiets overweegt het hof dat eerst beoordeeld moet worden of werknemer uit hoofde van zijn arbeidsovereenkomst heeft meegedaan aan de wielerronde. Het hof overweegt hiertoe dat aan aansprakelijkheid in de weg staat dat werknemer niet verplicht was om aan de wielerronde mee te doen en dat werkgeefster ook geen enkele rol heeft gehad in de aanmelding van werknemer. Ook de oorzaak van de schade wijst niet in de richting van aansprakelijkheid van werkgeefster. De grieven die zien op de schade aan de fiets falen dan ook.