Rechtspraak
Rechtbank Amsterdam (Locatie Amsterdam), 26 mei 2021
ECLI:NL:RBAMS:2021:2730
Feiten
X was bestuurder (vrijwilliger) bij de stichting Volunteers Activists (hierna: de stichting), een organisatie die zich inzet voor de vrijheid van meningsuiting, persvrijheid, digitale vrijheid en vrouwenrechten in het Midden-Oosten. Op 12 oktober 2015 heeft de stichting een conceptvrijwilligersovereenkomst per e-mail naar X gestuurd op grond waarvan hij werkzaamheden voor de stichting zou gaan verrichten. In deze overeenkomst is onder meer een geheimhoudingsbeding opgenomen. Met ingang van 15 januari 2016 is X werkzaamheden voor de stichting gaan verrichten. Eind 2016 vermoedde de stichting dat haar computersysteem gehackt was. Op 3 januari 2017 heeft de stichting aangifte gedaan van cybercrime bij de politie. Diezelfde dag is er vanaf een anoniem e-mailadres een e-mail gestuurd naar 95 ontvangers met 29 documenten waaronder kopieën van paspoorten en vliegtickets. De stichting heeft aanspraak gemaakt bij X op betaling van een contractuele boete wegens het overtreden van het geheimhoudingsbeding in de vrijwilligersovereenkomst. X is niet tot betaling van de gevorderde bedragen overgegaan. De stichting vordert veroordeling van X tot betaling van onder meer € 25.000 aan contractuele boete, vermeerderd met rente.
Oordeel
Arbeidsovereenkomst of vrijwilligersovereenkomst?
De kantonrechter is van oordeel dat tussen X en de stichting een rechtsgeldige overeenkomst is gesloten, nu deze aan X in het Farsi mondeling is toegelicht. Vervolgens oordeelt de kantonrechter dat geen sprake is van een arbeidsovereenkomst, nu partijen met elkaar hebben afgesproken dat X op basis van vrijwilligheid werk voor de stichting zou gaan verrichten. Verder staat in de overeenkomst expliciet vermeld dat de overeenkomst geen arbeidsovereenkomst is. Het doel van partijen bij het aangaan van de overeenkomst is duidelijk, het verrichten van werkzaamheden op basis van vrijwilligheid. Dat X in deze procedure aangeeft dat hij eigenlijk een arbeidsovereenkomst had gewild, maakt dat niet anders. Hij heeft desondanks ingestemd met het verrichten van werkzaamheden op basis van vrijwilligheid. De vergoeding die X ontving, sluit ook aan bij de overeengekomen vrijwilligheid (overeengekomen maximumvergoeding van € 1.500 per jaar). Dit bedrag valt beneden de jaarlijkse inkomensgrens van de fiscale vrijwilligersregeling van de Belastingdienst hetgeen duidelijk wijst op een vrijwilligersvergoeding en niet op loon als vergoeding voor verrichte arbeid. Uit het voorgaande volgt dat er niet is voldaan aan de criteria van artikel 7:610 BW, er is daarom geen sprake van een arbeidsovereenkomst.
Schending geheimhoudingsbeding
Omdat de tussen partijen gesloten overeenkomst niet kwalificeert als arbeidsovereenkomst, komt X geen beroep toe op de wettelijke nietigheidsbepalingen die gelden voor boeteclausules in arbeidsovereenkomsten. De vervolgvraag is aldus of X het geheimhoudingsbeding heeft geschonden. X had geen toestemming om de betreffende e-mail met documenten te versturen en heeft daarom het geheimhoudingsbeding in de vrijwilligersovereenkomst geschonden. Hij is op grond van dit beding een boete van € 25.000 verschuldigd aan de stichting. Voor zover X verder de rechtbank heeft verzocht om de boete te matigen heeft hij geen feiten of omstandigheden gesteld ter onderbouwing van dit verzoek. De rechtbank ziet daarom geen aanleiding om de boete te matigen.