Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer c.s./ XFluence Interim Services B.V.
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 6 augustus 2021
ECLI:NL:RBROT:2021:10665
Werkgever heeft aangestuurd op een ander soort rechtsverhouding met werknemer, maar niet is gebleken dat werknemer op enig moment ondubbelzinnig met een beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst heeft ingestemd.

Feiten

XFluence is een uitleenbureau. XFluence Group B.V. is aandeelhouder en bestuurder van XFluence. X is (indirect) bestuurder en aandeelhouder van XFluence Group. Werknemer is op 9 oktober 2015 in dienst getreden van XFluence. In een e-mail van 23 november 2016 staat dat werknemer zou hebben aangegeven dat hij medeaandeelhouder wil worden. De huidige aandeelhouders zouden daar – onder voorwaarden – mee instemmen. Van 20 december 2016 tot 1 december 2019 was werknemer enig aandeelhouder en bestuurder van Y. Bij op 20 februari 2017 verleden notariële akte heeft XFluence Group 15% van haar aandelen in XFluence overgedragen aan Y. Bij brief d.d. 17 mei 2018 is aan werknemer een door XFluence ondertekende managementovereenkomst toegezonden. Werknemer heeft deze niet ondertekend. Bij e-mail van 28 juni 2018 heeft A meegedeeld aan werknemer dat mondeling zou zijn afgesproken dat werknemer geen loon meer zal ontvangen, maar managementfee. Werknemer heeft niet op deze e-mail gereageerd. Per Whatsapp heeft werknemer aangedrongen op betaling van zijn salaris. XFluence heeft alleen wisselende bedragen aan managementfee betaald. Y heeft op 22 januari 2019 de aandelen die zij sinds 20 februari 2017 hield in XFluence terug geleverd aan XFluence Group. Eind 2019 is een nieuw bezoldingsvoorstel met werknemer besproken, omdat de resultaten van XFluence niet waren zoals gehoopt. Partijen hebben daar geen overeenstemming over bereikt. Werknemer heeft sinds 1 maart 2020 geen werkzaamheden meer verricht voor XFluence. Bij brief d.d. 19 maart 2020 heeft XFluence aanspraak gemaakt op loonbetaling. Toen betaling uitbleef, heeft werknemer XFluence in kort geding gedagvaard. De kantonrechter heeft de vorderingen afgewezen. In hoger beroep is het vonnis vernietigd en is de vordering toegewezen. Werknemer en Y vorderen voor recht te verklaren dat de arbeidsovereenkomst met werknemer nog steeds bestaat en vorderen betaling van achterstallig loon.

Oordeel

Bij arrest van 30 maart 2021 heeft het hof geoordeeld dat nog altijd sprake is van een arbeidsovereenkomst tussen XFluence en werknemer. De kantonrechter is van oordeel dat aangesloten dient te worden bij dit oordeel en maakt de daaraan ten grondslag liggende overwegingen tot de zijne. Hoewel dit arrest in een kortgedingprocedure is gewezen en derhalve een voorlopig oordeel is, zijn in de onderhavige bodemprocedure geen (nieuwe) feiten en omstandigheden door partijen naar voren gebracht die, ook al zouden die bewezen kunnen worden, tot een ander oordeel kunnen leiden. Weliswaar kan worden opgemaakt dat XFluence vanaf juni 2018 heeft aangestuurd op een ander soort rechtsverhouding met werknemer, maar ook in deze procedure is niet gebleken dat werknemer op enig moment ondubbelzinnig met een beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst heeft ingestemd. Van een schriftelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst is geen sprake. Werknemer kan dan ook aanspraak maken op het gevorderde achterstallig loon.