Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/werkgeefster
Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Locatie 's-Hertogenbosch), 2 juni 2022
ECLI:NL:GHSHE:2022:1769
Ontbindingsverzoek werknemer. Werkgeefster heeft ernstig verwijtbaar gehandeld door in het kader van de UWV-procedure en kortgedingprocedure vervalste documenten in het geding te brengen.

Feiten

Volgens werknemer heeft werkgeefster ernstig verwijtbaar gehandeld door valse stukken te verstrekken aan het UWV en aan de rechter. Werknemer heeft zich moeten ziek melden, waardoor niet van hem kan worden gevergd dat hij in dienst blijft bij werkgeefster. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden per 1 augustus 2021. Het verzoek tot toekennen van een transitievergoeding en billijke vergoeding is afgewezen, omdat niet is gebleken van ernstig verwijtbaar handelen van werkgeefster. In hoger beroep vordert werknemer een transitievergoeding en billijke vergoeding van € 150.000.

Oordeel

Het hof is van oordeel dat de transitievergoeding en billijke vergoeding kunnen worden toegewezen. Deskundigen hebben gerapporteerd dat in acht van de negen overgelegde betwiste documenten sprake is van manipulatie en toepassing van listige kunstgrepen. Het is niet mogelijk dat op negen documenten een exact dekkende handtekening voorkomt. Het hof acht het deskundigenrapport inzichtelijk en de conclusie overtuigend. Het hof rekent dit alles werkgeefster zwaar aan. De valse documenten hebben betrekking op re-integratie in het eerste en tweede spoor en zijn van cruciaal belang voor het volmaken van de 104 weken bij het verkrijgen van de ontslagvergunning. In kort geding heeft werkgeefster eveneens een vals document in het geding gebracht in het kader van de wedertewerkstelling en loondoorbetaling. Ook dit document is vervalst. Het hof acht het ernstig verwijtbaar dat werkgeefster een vervalste brief in de kortgedingprocedure in het geding heeft gebracht ter adstructie van een standpunt waarover partijen van mening verschilden. Volgens het hof kan hetgeen dat voorafgaand aan de werkhervatting is voorgevallen wel een rol spelen bij de vraag of sprake is van ernstig verwijtbaar handelen. De handelswijze van werkgeefster in de UWV-procedure en in de kortgedingprocedure in samenhang met de opstelling van werkgeefster tijdens het gesprek van 26 januari 2021 zijn ernstig verwijtbaar. Mede gelet hierop is voldoende aannemelijk gemaakt dat van werknemer niet langer kon worden gevergd bij werkgeefster in dienst te blijven. De verzoeken om een transitievergoeding en een billijke vergoeding toe te kennen zullen worden toegewezen. Het hof kent een transitievergoeding en billijke vergoeding van € 50.000 toe, mede gelet op het feit dat werknemer direct na 1 augustus 2021 een nieuwe baan heeft gevonden.