Naar boven ↑

Rechtspraak

Werknemer/Flexcraft Aldiver B.V. en Vomar Voordeelmarkt B.V.
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Zaanstad), 17 april 2023
ECLI:NL:RBNHO:2023:5606
Verzoek tot vernietiging van het ontslag wordt afgewezen nu de beƫindiging van de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is.

Feiten

Werknemer is als uitzendkracht in dienst geweest bij Flexcraft. Via Flexcraft is werknemer op 14 januari 2023 bij Vomar gaan werken. Op 14 februari 2023 heeft Vomar aan Flexcraft meegedeeld dat Vomar werknemer niet meer aan het werk wilde hebben. Met een brief van 22 februari 2023 heeft Flexcraft aan werknemer laten weten dat de uitzendovereenkomst voor bepaalde tijd niet wordt verlengd en dat de uitzendovereenkomst eindigt per 26 februari 2023. Werknemer heeft verschillende e-mails aan de rechtbank gestuurd. Daaruit kan worden afgeleid dat werknemer protesteert tegen een ontslag door Flexcraft en Vomar op 14 februari 2023 en 22 februari 2023. De kantonrechter heeft de e-mails van werknemer daarom opgevat als een verzoek tot vernietiging van dat ontslag.

Oordeel

De kantonrechter zal in deze zaak alleen beoordelen of het ontslag door Flexcraft en Vomar van 14 februari 2023 en 22 februari 2023 moet worden vernietigd. Uit de stukken blijkt dat uitzendovereenkomst tussen werknemer en Flexcraft is geëindigd per 26 februari 2023 door het aflopen van de bepaalde tijd. Flexcraft heeft dat ook voldoende gemotiveerd en onderbouwd. Zo’n overeenkomst is niet in strijd met de wet of een cao. De uitzendovereenkomst is dus van rechtswege (automatisch) en rechtsgeldig geëindigd per 26 februari 2023. Er is dan ook geen sprake van een ontslag dat kan worden vernietigd. Het verzoek van werknemer gericht tegen Flexcraft wordt daarom afgewezen. Het verzoek van werknemer gericht tegen Vomar wordt ook afgewezen. Vomar wijst er terecht op dat zij geen werkgever is van werknemer. Er is dus ook geen sprake van een ontslag door Vomar.