Rechtspraak
Rechtbank Amsterdam (Locatie Amsterdam), 13 juli 2023
ECLI:NL:RBAMS:2023:4526
Feiten
Werknemer is op 1 juli 2012 als statutair directeur in dienst getreden bij Compass Group. Vanwege COVID-19 heeft Compass Group een beroep gedaan op overheidssteunregeling. Daarnaast heeft Compass Group in het voorjaar van 2020 een reorganisatie moeten doorvoeren, waarbij ongeveer duizend werknemers zijn ontslagen. Op 19 mei 2020 heeft werknemer zich ziek gemeld. Twee jaar later is werknemer uitgenodigd voor de aandeelhoudersvergadering ten aanzien van zijn ontslag. Op 9 juni 2022 is besloten tot het ontslag van werknemer als statutair bestuurder. De loondoorbetalingsverplichting is op 20 mei 2022 geëindigd. Gedurende zijn arbeidsongeschiktheid heeft werknemer geen bonus ontvangen. Werknemer heeft na zijn uitdiensttreding een transitievergoeding ontvangen van € 200.533,99. Werknemer verzoekt om toekenning van een aanvullende transitievergoeding van bijna € 300.000 bruto.
Oordeel
De ziekte van werknemer is geen aanleiding om een andere referentieperiode te nemen dan de drie jaar voorafgaand aan zijn ontslag (2019, 2020, 2021). In april 2019 heeft Compass Group een bonus van € 343.558 uitgekeerd aan werknemer. Dat was 2/3 deel van de totaal verschuldigde bonus van € 448.337, omdat hij voor het resterende 1/3 deel in aanmerking kwam voor uitbetaling in aandelen drie jaar later, de zogenoemde Deferred Annual Bonus (DAB). Bij de mondelinge behandeling is gebleken dat inmiddels is afgezien van uitkering in de vorm van aandelen en dat partijen vergaand in onderhandeling zijn over ‘cash’ uitbetaling. Dit eigenlijk al in 2019 verschuldigde derde deel van deze bonus zal daarom worden meegenomen bij de berekening van de transitievergoeding. Het Deferred Annual Bonus Plan heeft bestaan tussen 2011 en 2018. Aan werknemer zijn in december 2017 voor het laatst DAB-rechten toegekend. Op 26 november 2019 zijn hem aandelen ter waarde van € 324.728,50 verschaft. Dat was de ‘uitgestelde bonus’ 2015/2016. Op 25 november 2020 zijn hem aandelen ter waarde van € 62.446,93 verschaft. Dat waren de in december 2017 toegekende aandelen. Werknemer heeft die aandelen niet verkocht, maar behouden. Hij meent dat de waarde ervan toen hij ze ontving moet worden meegenomen, omdat het in feite gaat om een deel van zijn bonus dat later werd uitbetaald in de vorm van aandelen. Hij kreeg daarmee de kans om dat 1/3 deel van de bonus te verdubbelen. Aandelen zijn echter niet aangewezen als looncomponenten in de Regeling en tellen dus niet mee. Hooguit zou het ingezette 1/3 deel van de bonus bij de berekening kunnen worden meegenomen – het is immers ook niet zomaar verdwenen – maar dan over de jaren waarin dat deel verschuldigd was en dat was hier vóór 2019. Dat valt echter buiten de referentieperiode. Onder dit plan konden jaarlijks aandelen aan bepaalde functionarissen worden toegekend, die drie jaar later – als de functionaris dan nog in dienst was – werden uitgekeerd. In mei 2017 zijn voor het laatst aandelen toegekend aan werknemer. Op 26 november 2019 zijn die aan hem verschaft. De totale waarde was toen € 217.349,98. Dit bedrag wordt om dezelfde reden buiten beschouwing gelaten als de DAB: aandelen zijn geen in de Regeling aangewezen looncomponenten. Het voorgaande betekent dat rekening moet worden gehouden met een bedrag van Є 967.620 aan bonussen verschuldigd in de drie jaar voor het ontslag, ofwel € 26.878,33 per maand. Voor de berekening van de transitievergoeding moet dan worden uitgegaan van een brutomaandinkomen van € 60.211,66. Dat brengt de transitievergoeding op € 210.740,80. Compass Group heeft al € 200.553,99 betaald, zodat werknemer nog recht heeft op € 10.186,81, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 1 februari 2023 tot aan de algehele voldoening.