Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/werkgever
Rechtbank Midden-Nederland (Locatie Utrecht), 30 augustus 2023
ECLI:NL:RBMNE:2023:4502
Kort geding. Vanwege de verstoorde arbeidsverhouding kan van werkgever niet worden gevergd werkneemster te laten re-integreren.

Feiten

Werkneemster is op 1 maart 1992, althans 1 mei 1993, in dienst getreden bij werkgever.  In januari 2018 heeft werkgever ontevredenheid over de prestaties van werkneemster geuit, met name wat betreft samenwerking. Op 11 april 2018 heeft werkgever een verbeterplan opgesteld. Werkneemster heeft zich op 12 april 2018 ziek gemeld waarna de bedrijfsarts haar volledig arbeidsongeschikt heeft verklaard vanwege ziekte en werkgerelateerde problemen.  Zij is daarna met re-integratiewerkzaamheden begonnen. De bedrijfsarts verklaarde werkneemster vanaf 26 november 2018 arbeidsgeschikt, maar werkneemster was het hier niet mee eens. Werkneemster heeft zich opnieuw ziek gemeld op 21 februari 2019, waarbij de bedrijfsarts spanningen op het werk als oorzaak noemde. Werkneemster is vervolgens weer gaan re-integreren en is op 17 februari 2022 68,56% arbeidsongeschikt verklaard en zij ontvangt sinddien een WIA-uitkering. Werkgever heeft de re-integratiewerkzaamheden vervolgens beëindigd en de loondoorbetaling gestaakt. Werkgever heeft inmiddels een ontbindingsverzoek ingediend bij de rechtbank. Werkneemster vordert in kort geding onder meer wedertewerkstelling.

Oordeel

Werkneemster stelt dat werkgever verplicht is haar in de gelegenheid te stellen re-integratiewerkzaamheden te verrichten in haar eigen functie als domeinondersteuner of als recruiter, wat mogelijk volledig herstel zou bevorderen. Er is volgens de kantonrechter echter een verstoorde arbeidsverhouding aanwezig vanwege langdurige conflicten tussen werkneemster en werkgever over verschillende kwesties, ondanks pogingen tot mediation. Dit maakt dat van werkgever in dit geval in afwachting van de beslissing op het door haar ingediende ontbindingsverzoek niet kan worden gevergd om werkneemster binnen haar onderneming te re-integreren. Nog los van de verstoorde arbeidsverhouding is er voor wedertewerkstelling ook geen plaats. Werkneemster vervulde haar functie als domeinondersteuner namelijk al vanaf februari 2019 niet meer. Het UWV heeft bovendien geoordeeld dat ze niet geschikt is voor haar functie als domeinondersteuner. Daarnaast heeft werkgever voldoende aannemelijk gemaakt dat werkneemster haar functie als recruiter niet heeft verricht, maar dat zij in het kader van haar re-integratie slechts een deel van de werkzaamheden van (ondersteuner-)recruiter heeft uitgevoerd. De kantonrechter wijst daarom de vordering van werkneemster af.