Feiten

In het voorjaar van 2022 heeft de gemeente Tynaarlo (hierna: de gemeente) een vacature opengesteld voor een 'vakmanager' die leiding moet geven aan de afdeling Toegang. Werkneemster heeft op de vacature gesolliciteerd. Zij is op 1 juni 2022 bij de gemeente in dienst getreden in de functie van vakmanager. Op 31 januari 2023 heeft werkneemster contact gehad met de bedrijfsarts en zich ziek gemeld. Naar aanleiding van een vraag op 3 februari 2023 hoe het met werkneemster ging, heeft zij laten weten dat zij zich nog niet goed voelde en op 6 februari 2023 een afspraak met de bedrijfsarts had. Werkneemster heeft zich ziekgemeld vanwege gezondheidsklachten die naar haar mening werkgerelateerd waren, vooral door een slechte werkrelatie met een collega. Ondanks verschillende pogingen tot gesprekken en mediationvoorstellen zijn daarna de meningsverschillen tussen de partijen niet opgelost. De gemeente verzoekt onder meer ontbinding van de arbeidsovereenkomst op de e-grond dan wel g-grond.

Oordeel

De gemeente beweert dat werkneemster verwijtbaar handelt, maar de rechter oordeelt dat de kritiek van de gemeente ongegrond is. Werkneemster wordt door voormalig leidinggevenden omschreven als een uitstekende, constructieve en verbindende manager, met name voor werkzaamheden in het sociale domein, die een positieve bijdrage levert aan het oplossen van problemen, zich materie snel eigen maakt, inwoners centraal stelt, niet meebeweegt met anderen om het zichzelf makkelijk te maken en een teamplayer is.  De kantonrechter concludeert dat de gemeente niet kan aantonen dat werkneemster verwijtbaar handelt of dat de arbeidsverhouding duurzaam is verstoord. De gemeente heeft te snel besloten tot ontbinding. Van een goed werkgever mag verwacht worden dat hij zich inspant om conflicten met een werkneemster op te lossen en probeert om elkaar weer te vinden. Dit is niet voldoende gebeurd. Het verzoek tot ontbinding wordt afgewezen.