Naar boven ↑

Rechtspraak

Ondernemingsraad Hermes Groep N.V./Hermes Groep N.V.
Rechtbank Oost-Brabant (Locatie Eindhoven), 17 april 2025
ECLI:NL:RBOBR:2025:2448
Werkgever heeft in redelijkheid kunnen besluiten tot het opleggen van geheimhouding ten aanzien van inhoud adviesaanvraag OR. Belang OR om achterban te raadplegen weegt minder zwaar dan belang werkgever bij geheimhouding.

Feiten

Hermes Openbaar Vervoer B.V. is concessiehouder van het openbaar vervoer in onder andere de regio Arnhem/Nijmegen/Foodvalley (hierna: ANF). De ruim 1000 werknemers die ingezet worden om het openbaar vervoer voor deze concessie te verzorgen, zijn in dienst bij Hermes Groep N.V. (hierna: Hermes). Hermes maakt onder meer met Connexxion onderdeel uit van het Transdev-concern. In een bericht van de ondernemingsraad van Hermes van 22 april 2024 gericht aan het personeel staat onder andere dat de concessie tot juli 2026 duurt en dat er daarna drie mogelijkheden zijn: (1) Hermes blijft de concessie verzorgen; (2) Transdev zal met een andere entiteit inschrijven; of (3) een concurrent zal de concessie winnen. Bij brief van 14 maart 2025 is de ondernemingsraad verzocht advies uit te brengen over het voorgenomen besluit om voor de tender ANF niet in te schrijven met Hermes Openbaar Vervoer B.V. maar met Transdev Nederland Mobility Services N.V. (tevens onderdeel van het Transdev-concern). In de brief is expliciet gewezen op de geheimhouding op grond van artikel 20 WOR. Tijdens het informele overleg van 19 maart 2025 is de ondernemingsraad door Hermes medegedeeld dat het de bedoeling is dat het personeel in dienst komt bij Connexxion Openbaar Vervoer B.V. wanneer Transdev Nederland Mobility Services N.V. de nieuwe concessiehouder wordt. De ondernemingsraad verzoekt in kort geding te oordelen dat Hermes niet in redelijkheid tot het opleggen van geheimhouding heeft kunnen besluiten, waar het de inhoud van de adviesaanvraag van 14 maart 2025 betreft. De ondernemingsraad stelt dat hij vrij moet zijn om met de personen die werkzaam zijn binnen het bedrijf van gedachten te kunnen wisselen over de adviesaanvraag, omdat het voorgenomen besluit per definitie tot gevolg heeft dat het personeel een andere werkgever krijgt, hetgeen grote gevolgen heeft. Zonder die mogelijkheid is het bedrijven van medezeggenschap een lege huls, aldus de ondernemingsraad.

Oordeel

De kantonrechter is van oordeel dat het belang van de ondernemingsraad om zijn achterban te raadplegen minder zwaar weegt dan het belang van Hermes. Daarbij wordt uitdrukkelijk meegewogen dat de opgelegde geheimhouding niet zo ver gaat dat raadpleging van de achterban geheel onmogelijk is gemaakt door Hermes. De ondernemingsraad kan de drie opties uit de nieuwsbrief aan de achterban voorhouden (waar tijdens de mondelinge behandeling nog een vierde variant aan is toegevoegd) en om reactie daarop vragen. De kantonrechter begrijpt goed dat de ondernemingsraad liever de zaak zonder deze beperking, open en bloot, met zijn achterban bespreekt, maar de ondernemingsraad wordt in staat gesteld zijn medezeggenschapstaak uit te voeren en er wordt tegelijkertijd voorkomen dat de mogelijk schadelijke gevolgen bij openbaarmaking intreden. Hetzelfde geldt voor overleg met de vakbonden. Naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter heeft Hermes op grond van het voorgaande dan ook een zwaarwegender belang bij instandhouding van de opgelegde geheimhouding dan de ondernemingsraad en heeft Hermes derhalve bij de afweging van de betrokken belangen in redelijkheid tot het opleggen van geheimhouding kunnen besluiten. De opgelegde geheimhouding wordt niet geschorst.