Naar boven ↑

Rechtspraak

Ondernemingsraad Gemeente Amsterdam Stadsdeel Zuid/Gemeente Amsterdam

Besluit tot kredietverstrekking ten behoeve van renovatie De Mirandabad door de gemeente is geen besluit in de zin van artikel 46d WOR. Investering van 4,2 miljoen in casu ‘belangrijke investering’ in de zin van artikel 25 WOR

Op 27 maart 2012 heeft het dagelijks bestuur van Stadsdeel Zuid omtrent het onderwerp ‘Kredietaanvraag renovatie De Mirandabad’ besloten om aan de deelraad van Stadsdeel Zuid voor te stellen om ‘[i]n te stemmen met het ter beschikking stellen van het krediet van € 4.060.000 voor de renovatie van het De Mirandabad’. Op 30 mei 2012 heeft de deelraad die kredietaanvraag ‘aangenomen’. De ondernemingsraad heeft zich op het standpunt gesteld dat sprake is van een adviesplichtig voorgenomen besluit in de zin van artikel 25 lid 1 aanhef en onder h respectievelijk onder i WOR (belangrijke investering/krediet). Het Stadsdeel Zuid heeft evenwel geweigerd advies te vragen, omdat zij van mening is dat geen sprake is van een adviesplichtig voorgenomen besluit. Voorts voert het stadsdeel aan dat sprake zou zijn van een artikel 46d-verweer.

De Ondernemingskamer oordeel als volgt. Anders dan Stadsdeel Zuid kennelijk meent is de omstandigheid dat het hier gaat om een besluit genomen door een democratisch gekozen orgaan, op zichzelf niet voldoende om te concluderen dat het besluit de publiekrechtelijke vaststelling van taken van publiekrechtelijke lichamen en onderdelen daarvan of het beleid ten aanzien van en de uitvoering van die taken als bedoeld in artikel 46d aanhef en sub b WOR betreft. Het feit dat het besluit betrekking heeft op ‘de renovatie van onder haar beheer vallende sportvoorzieningen en het beschikbaar stellen van gelden daarvoor’ en daarmee tevens betrekking heeft op ‘de verdeling van haar financiële middelen’ maakt dat niet anders. De opvatting van Stadsdeel Zuid zou ertoe leiden dat de medezeggenschap bij de overheid verder zou worden beperkt dan strikt genomen nodig is met het oog op de bescherming van het primaat van de politiek. Naar het oordeel van de Ondernemingskamer gaat het hier ook niet om een besluit dat als zodanig van dien aard is dat het een politieke afweging vergt van de voor- en nadelen ervan. Mogelijk heeft Stadsdeel Zuid ook willen betogen dat de besluitvorming door de deelraad steeds of doorgaans een politieke is. Ook een dergelijke algemene notie is echter niet voldoende. Om aan te nemen dat de uitzondering van artikel 46d aanhef en sub b WOR van toepassing is, dient de onderneming concrete omstandigheden, waaruit (bijvoorbeeld) blijkt dat het besluit gepaard gaat met een verschuiving van politieke taken of verantwoordelijkheden en/of is ingegeven door politieke overwegingen, te stellen op grond waarvan de conclusie gerechtvaardigd is dat het in het te beoordelen geval met het oog op de bescherming van het primaat van de politiek inderdaad noodzakelijk is de medezeggenschap te beperken. Dergelijke concrete omstandigheden ontbreken echter in de stellingen van Stadsdeel Zuid en zijn de Ondernemingskamer ook niet anderszins gebleken.

Volgens de formulering van het besluit gaat het om een investering van € 4.060.000. Ter terechtzitting bleek dat daar nog een bedrag van € 200.000 bij moet worden opgeteld, zodat de investering totaal € 4.260.000 bedraagt. Daarnaast bleek ter terechtzitting (1) dat de investering weliswaar voor het grootste deel groot onderhoud betreft, maar tevens dat het voor een substantieel deel, ten minste € 1 miljoen, om vernieuwing gaat, (2) dat de boekwaarde van de activa van Stadsdeel Zuid € 161 miljoen is, waarvan € 124 miljoen onroerende zaken, (3) dat het totaal aan investeringen (volgens de door Stadsdeel Zuid gehanteerde definitie: alle activeringen in gebouwen en machines van meer dan € 50.000) in 2011 € 3,7 miljoen en het totaal aan desinvesteringen over dat jaar € 5 miljoen bedroeg. De Ondernemingskamer is in het licht van deze gegevens van oordeel dat de investering gemoeid met de uitvoering van het aangevallen besluit als belangrijk voor de onderneming van Stadsdeel Zuid in de zin van artikel 25 lid 1 aanhef en sub h WOR moet worden aangemerkt.

  • Wetsartikelen: 25 lid 1 WOR en 46d aanhef en onder b WOR
  • Onderwerpen: Adviesrecht (25 WOR)
  • Trefwoorden: medezeggenschap, adviesrecht, politiek primaat, belangrijke investering en belangenafweging