Oud werknemer X heeft een tegen betaling een aantal cliënten van werkgever overgenomen. Kort nadat werknemer X zich als zelfstandige heeft gevestigd treden werknemers Y en Z in dienst van X. Y en Z waren werknemers bij werkgever (zie voorgaande twee zaken). Volgens werkgever heeft X door middel van een vooropgezet plan samen met Z en Y schade aan werkgever toegebracht door te verzwijgen dat Z en Y bij hem in dienst zouden treden waardoor werkgever akkoord is gegaan met de “verkoop” van een aantal cliënten tegen een lagere vergoeding dan die zij zou hebben bedongen wanneer zij door werknemer juist was ingelicht. Daarnaast is werknemer aansprakelijk voor de schade die is toegebracht aan werkgever ex artikel 6:170 BW.

De kantonrechter oordeelt dat werkgever onvoldoende heeft gesteld om aan te tonen dat er daadwerkelijk schade is geleden. Ten aanzien van de vordering ex artikel 6:170 BW heeft werkgever onvoldoende de door deze bepaling vereiste fout oftewel het toerekenbaar onrechtmatig handelen van Z en Y toe te lichten. Volgt afwijzing van de vordering.