Naar boven ↑

Rechtspraak

Kern

Afvloeiingsregeling voorziet in aanvulling op de WW-uitkering met wettelijk verschuldigde overhevelingstoeslag. Per 1 januari 2001 is de wettelijke verplichting tot betaling van de overhevelingstoeslag vervallen. Bijgevolg is de WW-uitkering verhoogd. Partijen zijn verdeeld over het antwoord op de vraag of, en zo ja hoe, de compensatie van het verval van de overheveling doorwerkt in de (grondslag van de) aanvulling op de uitkering van werknemer. De rechter oordeelt als volgt. Betekenis van regeling is dat compensatie volledig ten goede komt aan werknemer, ongeacht de vorm waarin deze is gegoten.

ABN AMRO keert zich met haar grieven tegen het oordeel van de kantonrechter dat de grondslag van voor de berekening van de aanvulling per 1 januari 2001 in verband met de Wbol moet worden verhoogd. Zij beroept zich daarbij met name op artikel 3 onder b van de overeenkomst en de omstandigheid dat de compensatie door de wetgever niet in de vorm van een toeslag is gegoten. ABN AMRO stelt in hoger beroep voorts dat de afschaffing van de overhevelingstoeslag een onvoorziene omstandigheid is, die hooguit kan leiden tot aanpassing van de overeenkomst op grond van artikel 6:258 BW, zij het dat niet aan daarvoor geldende maatstaf is voldaan.