Rechtspraak
Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Locatie 's-Hertogenbosch), 27 december 2011
ECLI:NL:GHSHE:2011:BV0740
werknemer/Zorgpunt Thuiszorg BV
Werknemer (42 jaar) heeft van 1 maart 2007 tot en met 28 februari 2008 op grond van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd en van 1 maart 2008 tot en met 31 december 2008 als zzp'er voor Zorgpunt respectievelijk Stichting Zorgpunt Thuiszorg gewerkt. In de periode 1 januari 2009 tot en met 31 augustus 2010 bestond een samenwerking tussen werknemer enerzijds en Service Punt Maastricht BV, Zorgpunt PGB BV en Zorgpunt anderzijds. Op 1 september 2010 is werknemer op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd fulltime in dienst getreden van Zorgpunt in de functie van zorgmanager regio Maastricht. In de arbeidsovereenkomst is een concurrentiebeding opgenomen. Op 24 januari 2011 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen werknemer en de directeur van Zorgpunt. Werknemer heeft zich vervolgens ziek gemeld. De arbeidsovereenkomst is per 1 mei 2011 ontbonden onder toekenning van een vergoeding van € 4.000. Werknemer vordert thans schorsing van het concurrentiebeding. De voorzieningenrechter heeft de vordering van werkneemster afgewezen.
Het hof oordeelt als volgt. De stelling dat een ontbinding wegens veranderingen in de omstandigheden gelijkgesteld kan worden aan 'schadeplichtige opzegging' ex artikel 7:653 lid 3 BW faalt. Het oordeel van de kantonrechter in het vonnis waarvan beroep dat in dezen geen sprake is van een situatie gelijk aan een schadeplichtig ontslag ex artikel 7:677 lid 3 BW is dan ook juist.
Met betrekking tot de belangenafweging (artikel 7:653 lid 2 BW) overweegt het hof als volgt. Vooropgesteld wordt dat een concurrentiebeding als regel het grondrecht op de vrijheid van arbeidskeuze van de werknemer ernstig kan aantasten. Anderzijds heeft de werkgever belang bij rechtmatige bescherming van zijn bedrijfsbelangen. Het hof oordeelt voorshands dat werknemer in verhouding tot het te beschermen belang van Zorgpunt in de gegeven omstandigheden door het beding onbillijk wordt benadeeld indien hij de volledige periode van twee jaar aan het beding gebonden zou zijn. Immers, niet is gesteld of aannemelijk gemaakt dat de kennis – ook die van vertrouwelijke bedrijfsgegevens – die werknemer bij Zorgpunt heeft opgedaan meer dan één jaar na beëindiging van de arbeidsovereenkomst nog doorwerkt. Het gebonden zijn aan het concurrentiebeding gedurende twee jaar oordeelt het hof voorts onevenredig lang gelet op de korte termijn (acht maanden, waarvan vijf maanden effectief) dat werknemer formeel in dienst is geweest van Zorgpunt. Voorts neemt het hof in aanmerking dat werknemer al vanaf 24 januari 2011 feitelijk niet meer voor Zorgpunt werkzaam is.
Dat werknemer vóór het formele dienstverband werkzaamheden voor Zorgpunt heeft verricht is naar het voorlopig oordeel van het hof onvoldoende om werknemer voor een periode van twee jaar aan het concurrentiebeding gebonden te achten. Het feit dat het beding slechts in de regio Maastricht geldt, doet aan het vorenstaande niet af.
Werknemer heeft geen recht op een billijke vergoeding, daar onvoldoende is komen vast te staan dat het beding hem in belangrijke mate belemmert, mede gezien zijn reeds verworven parttime baan.