In deze zaak staat de vraag centraal of de functie van werknemer (stilzwijgend) is gewijzigd en hij overeenkomstig een hogere functieschaal verdient. De bakkerij (werkgever) heeft onder meer aangevoerd dat de kantonrechter ten onrechte heeft aangenomen dat uit de getuigenverklaringen volgt dat werknemer meer gekwalificeerd werk is gaan verrichten. Voorts acht de bakkerij dat indien een werknemer meer werk gaat verrichten, dit niet automatisch leidt tot een functiewijziging.

Het hof oordeelt als volgt. De bakkerij voert aan dat werknemer zich kennelijk in staat geacht heeft meer werkzaamheden te verrichten dan waarvoor hij was aangenomen, maar dat hij dat uit eigen beweging, onverplicht en ongevraagd heeft gedaan en dat dat niet tot gevolg mag hebben dat de bakkerij hem dan in een hogere functieschaal dient te plaatsen. Daarmee verenigt het hof zich niet. Als een werknemer het initiatief neemt om meer of meer gekwalificeerde taken te gaan uitvoeren en de werkgever dat zonder enige tegenspraak laat gebeuren en jaren laat voortduren, dan moet hij geacht worden met deze wijziging in te stemmen en deze mede voor zijn rekening te nemen.