Naar boven ↑

Rechtspraak

Match International B.V./werknemer
Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Locatie 's-Hertogenbosch), 27 maart 2018
ECLI:NL:GHSHE:2018:1323

Match International B.V./werknemer

Op het nippertje op tijd gedagvaard in internationale procedure; recht lidstaat aanvrager doorslaggevend voor betekeningstijdstip. Werknemer is verschenen en heeft zelfs al een memorie van antwoord in de hoofdzaak genomen, zodat de vordering tot niet-ontvankelijkheidsverklaring vanwege het niet-stellen van de dagvaarding in het Pools als gedekt wordt gehouden.

Feiten

Werknemer is woonachtig te Polen en is de Nederlandse taal niet machtig. Werkgeefster heeft de appèldagvaarding conform de BetVo-II naar de ontvangende instantie in Polen gestuurd met het verzoek de dagvaarding aan werknemer te laten betekenen. Werknemer stelt dat het hem niet bekend is op welke datum deze verzending heeft plaatsgevonden en of deze datum ligt binnen de appèltermijn van vier weken. Werknemer stelt dat hij op 4 december 2017 stukken heeft ontvangen van de ontvangende instantie, maar dat hij deze heeft geweigerd omdat de stukken niet zijn gesteld in de vereiste taal, althans de stukken niet vergezeld zijn gegaan van een vertaling. Hij heeft de stukken daarom op 5 december 2017 retour gezonden aan de ontvangende instantie en heeft hierbij aangegeven dat hij de Poolse taal begrijpt. Werkgeefster heeft vervolgens, aldus nog steeds werknemer, nagelaten om het verzuim te herstellen. Werknemer stelt zich dan ook op het standpunt dat werkgeefster niet binnen vier weken in appèl is gekomen en dat niet is voldaan aan de vereisten die gelden voor grensoverschrijdende betekening. Werkgeefster dient om deze reden niet-ontvankelijk te worden verklaard.

Oordeel

Hoger beroep tijdig ingesteld?

Op grond van artikel 339 lid 2 Rv bedraagt de termijn waarbinnen hoger beroep van een kortgedingvonnis kan worden ingesteld vier weken, te rekenen vanaf de dag van het vonnis dan wel de dag van de mondelinge uitspraak. In casu dateert het vonnis waarvan beroep van woensdag 25 oktober 2017. De termijn van vier weken begint derhalve op 26 oktober 2017 (als eerste dag) en eindigt aan het eind van de dag op woensdag 22 november 2017 (als achtentwintigste dag), en niet – zoals werknemer stelt – op 25 november 2017. Bij een grensoverschrijdende betekening wordt op grond van artikel 9 lid 2 BetVo-II de datum van betekening bepaald door het recht van de lidstaat van de aanvrager. Werkgeefster, gevestigd in Nederland, is de aanvrager, zodat de datum van betekening wordt bepaald door het recht van Nederland. Op grond van artikel 56 lid 4 Rv geldt de datum van verzending door de verzendende instantie (i.c. de gerechtsdeurwaarder) als de datum van betekening. Aangezien de appèldagvaarding is uitgebracht op 22 november 2017, is de appèldagvaarding tijdig uitgebracht.

Niet-ontvankelijkheid omdat appèldagvaarding niet in de Poolse taal is gesteld?

Het hof constateert dat werknemer in hoger beroep op de eerst dienende dag bij advocaat is verschenen. Voor zover sprake is van een gebrek in de dagvaarding, moet dat gebrek daarom ingevolge artikel 122 lid 1 Rv voor gedekt worden gehouden. Werknemer heeft niet aangevoerd dat hij wordt bemoeilijkt in het voeren van verweer in de hoofdzaak als gevolg van gebreken in de dagvaarding. Het hof is ook niet anderszins gebleken dat werknemer door het (vermeende) gebrek onredelijk is benadeeld. Werknemer heeft zelfs in de hoofdzaak al een memorie van antwoord genomen. De vordering in het incident wordt daarom afgewezen en iedere verdere beslissing wordt aangehouden zodat werkgeefster in de gelegenheid wordt gesteld pleidooi te voeren.