Naar boven ↑

Rechtspraak

Stichting De Trans/werkneemster
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Leeuwarden), 28 januari 2019
ECLI:NL:GHARL:2019:723

Stichting De Trans/werkneemster

Dat een fout grote gevolgen kan hebben betekent niet dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen. Fout van werkneemster kan zowel werkneemster als De Trans worden verweten.

Feiten

Werkneemster is in 1998 in dienst getreden bij De Trans in de functie van zorgcoördinator. De Trans heeft in eerste aanleg ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzocht. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden per 1 oktober 2018 op grond van een verstoorde arbeidsverhouding. De Trans heeft hoger beroep ingesteld en verzoekt een verklaring voor recht dat werkneemster geen recht heeft op de transitievergoeding.

Oordeel

Uitgangspunt is dat de werkgever een transitievergoeding verschuldigd is als de arbeidsovereenkomst minstens 24 maanden heeft geduurd en de arbeidsovereenkomst op initiatief van de werkgever niet wordt voortgezet. Verwijtbaarheid van de werknemer leidt niet tot verlies van het recht op transitievergoeding. Dat is slechts anders als sprake is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten. De Trans meent dat de kantonrechter had moeten ontbinden op de zogenoemde e-grond. Werkneemster zou (ernstig) verwijtbaar hebben gehandeld door cliënten vast voedsel te geven, terwijl zij slechts gemalen voedsel mochten hebben. Door haar handelen zou de veiligheid van cliënten in het geding zijn gekomen. Het hof volgt De TRans in haar standpunt dat het handelen van werkneemster had kunnen leiden tot grote, zelfs onomkeerbare, gevolgen. Dat een fout grote gevolgen kan hebben betekent echter nog niet dat die in ernstige mate verwijtbaar is. Zowel werkneemster als De Trans heeft steken laten vallen. De Trans had werkneemster moeten voorbereiden op herintrede na ziekte. Daartegenover staat dat werkneemster zich had moeten realiseren dat zij haar werk niet verantwoord kon doen, indien zij niet op de hoogte was van de voedingsvoorschriften van cliënte(n). Werkneemster heeft gehandeld vanuit een ontoereikende informatiepositie. De gemaakte fout van werkneemster kan dus zowel De Trans als werkneemster worden verweten. Van ernstige verwijtbaarheid op basis van deze gebeurtenissen is geen sprake. De Trans wordt wel toegelaten tot bewijslevering dat werkneemster, zelfs nadat zij waarschuwingen had ontvangen, opnieuw chocola in een vaste vorm aan een cliënt had gegeven.