Naar boven ↑

Rechtspraak

Stichting Rolerisuit/Stichting Fonds Scholing en Ordening voor het Besloten Busvervoer
Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Locatie 's-Hertogenbosch), 14 mei 2019
ECLI:NL:GHSHE:2019:1809

Stichting Rolerisuit/Stichting Fonds Scholing en Ordening voor het Besloten Busvervoer

Artikel 53 cao bb 2012/2013, thans artikel 48 cao bb 2017/2018, verbiedt Rolerisuit niet, althans verhindert haar niet, om busvervoer te verrichten met chauffeurs die volledig op vrijwillige basis werkzaam zijn.

Feiten

Rolerisuit is een stichting die ten doel heeft het bieden van ontspanning aan gehandicapten, onder meer door het maken van bustochten. Rolerisuit werkt met vrijwilligers en heeft twee speciale autobussen en één klein busje in bezit. Nadat de inspectie op 29 januari 2013 aan Rolerisuit heeft gemeld dat er een klacht is ingediend dat Rolerisuit zonder communautaire vergunning busvervoer uitvoert, heeft zij een communautaire vergunning aangevraagd en verkregen, met een looptijd tot 4 november 2018. Per 14 november 2018 heeft Rolerisuit opnieuw een communautaire vergunning verkregen. FSO is een stichting die krachtens de cao bb door de partijen bij die cao in het leven is geroepen om een goed sociaal en economisch klimaat in de bedrijfstak besloten busvervoer te bevorderen. Daarnaast is de cao fso van belang. Rolerisuit heeft op 28 november 2013 en 23 november 2017 een verzoek ingediend om dispensatie te verkrijgen van de gehele cao bb. Deze verzoeken zijn afgewezen. In eerste aanleg heeft de kantonrechter voor recht verklaard dat de cao bb en de cao fso van toepassing zijn op Rolerisuit en haar bevolen de cao’s na te leven. Rolerisuit komt tegen dit vonnis in hoger beroep en vordert kort gezegd voor recht te verklaren dat de coa bb en cao fso niet van toepassing is en was op Rolerisuit, althans dat zij de cao’s niet hoefde respectievelijk hoeft na te leven.

Oordeel

Het hof overweegt dat in deze zaak de werkingssfeerbepalingen in twee cao’s moeten worden uitgelegd. Beide cao’s zijn algemeen verbindend verklaard. Op de uitleg van deze regelingen is de cao-norm van toepassing. De bewoordingen van de werkingssfeerbepaling van de cao bb geven aan dat getoetst moet worden aan onder meer de volgende elementen: (1) busvervoer verricht in de zin van de Wet personenvervoer; (2) werkgever en (3) onderneming. De werkingssfeerbepaling van de cao fso is gelijkluidend. Het hof stelt vast dat het busvervoer van Rolerisuit in beginsel onder de definitie van de Wet personenvervoer valt, tenzij vrijstelling is gekregen, hetgeen niet is gebeurd. Daarnaast is Rolerisuit, onder meer door de ruime beschrijving van het begrip werkgever, een werkgever. Tot slot is Rolerisuit naar het oordeel van het hof een onderneming in de zin van de cao bb, omdat zij valt onder de definitie zoals uiteengezet in Verordening 1071/2009/EG. Dat Rolerisuit niet gericht is op het maken van winst, doet daar niet aan af. Ten aanzien van de vrijwilligers die werkzaam zijn voor Rolerisuit is in de cao bb opgenomen dat het de vervoerder verboden is besloten busvervoer te verrichten met chauffeurs die niet bij hem in dienstbetrekking zijn. Dit verbod geldt niet voor zzp'ers die een eigen communautaire vergunning hebben conform de Wet Personenvervoer. Het doel hiervan is bescherming van de werkgelegenheid van de onder de cao vallende werknemers onder meer door het tegengaan van concurrentievervalsing. Uit de toelichting bij de algemeenverbindendverklaringen blijkt dat er een discussie heeft plaatsgevonden over zzp’ers. Dat dit niet over vrijwilligers ging, maakt volgens het hof niet dat deze niet onder het toepassingsbereik van de cao bb en de cao fso kunnen vallen. Ook bij gebruik van vrijwilligers zouden schijnconstructies aanwezig kunnen zijn. In onderhavig geding ontbreken de gegevens om te toetsen of hier sprake van is en partijen hebben daar ook onvoldoende debat voor gevorderd. De verklaring voor recht kan dan ook niet worden toegewezen. Ten aanzien van de concurrentievervalsing oordeelt het hof dat het op de weg van FSO had gelegen haar algemene stellingen over klachten en concurrentievervalsing nader te onderbouwen met eigen gegevens. Het hof verklaart voor recht dat artikel 53 cao bb 2012/2013, thans artikel 48 cao bb 2017/2018, Rolerisuit niet verbiedt, althans niet verhindert, om busvervoer te verrichten met chauffeurs die volledig op vrijwillige basis werkzaam zijn.