Naar boven ↑

Rechtspraak

Ziekenhuis Rivierenland/werkneemster
Rechtbank Gelderland (Locatie Arnhem), 21 oktober 2019
ECLI:NL:RBGEL:2019:5125

Ziekenhuis Rivierenland/werkneemster

Verzoek tot ontbinding arbeidsovereenkomst op grond van verstoorde arbeidsrelatie toegewezen. Werkneemster heeft aanspraak op een transitievergoeding. Verzoek tot betaling van een billijke vergoeding afgewezen.

Feiten

Werkneemster is per 26 januari 2017 in dienst bij Interconfessionele Stichting Gezondheidszorg Rivierenland (hierna: Ziekenhuis Rivierenland), op basis van een arbeidsovereenkomst voor de duur van één jaar. In januari 2018 is het tijdelijke dienstverband omgezet in een vast dienstverband. Op datzelfde moment is met werkneemster een coachingstraject gestart. Op 2 mei 2019 heeft een gesprek tussen werkneemster en de RvB plaatsgevonden. Naar aanleiding van dit gesprek is werkneemster per brief van 3 mei 2019 medegedeeld dat de coaching niet gecontinueerd kan worden, mede vanwege het achterblijven in ontwikkeling. Daarom is een gebrek aan strategisch vertrouwen ontstaan binnen de samenwerking. De brief ziet derhalve op ontheffing van werkneemster uit haar functie. Op 4 mei heeft werkneemster een notitie omtrent de financiële positie van het ziekenhuis naar de RvT gezonden, met mededelingen die duiden op een gebrek aan vertrouwen tussen werkneemster en de RvB. In reactie daarop heeft de RvT aangegeven op de hoogte te zijn van de gesprekken tussen werkneemster en de RvB en adviseert de RvT werkneemster om haar persoonlijke notitie in te trekken en communicatie met de RvB voort te zetten. Op 6 mei heeft werkneemster zich ziek gemeld. Bij brief van 7 mei heeft de RvB werkneemster op non-actief gesteld en haar uitgenodigd voor een gesprek op 14 mei 2019. Aan deze uitnodiging heeft werkneemster geen gehoor gegeven. Op 12 juni 2019 heeft de bedrijfsarts geoordeeld dat geen sprake was van arbeidsongeschiktheid op medische gronden. Op 19 juni 2019 is hieromtrent een gesprek gevoerd, maar dit gesprek heeft niet tot een oplossing geleid. Bij brief van 5 juli 2019 heeft Ziekenhuis Rivierenland aan werkneemster meegedeeld dat blijkbaar niet tot een oplossing gekomen kan worden, wat ook de reden was om af te zien van mediation. Ziekenhuis Riviereland verzoekt de kantonrechter dan ook om ontbinding van de arbeidsovereenkomst, primair op grond van een verstoorde arbeidsverhouding. Werkneemster verzoekt primair afwijzing van het verzoek en subsidiair betaling van een transitievergoeding en billijke vergoeding.

Oordeel

De kantonrechter oordeelt dat het opzegverbod tijdens ziekte niet aan ontbinding in de weg staat omdat niet voldoende vast is komen te staan dat ten tijde van indiening van het ontbindingsverzoek sprake was van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte. Zodoende komt de kantonrechter toe aan het ontbindingsverzoek. Vast staat dat sprake was van een verstoorde arbeidsrelatie tussen werkneemster en een lid van de RvB, veroorzaakt door verschillen van inzicht omtrent de wijze waarop werkneemster haar functie uitoefende. De ontheffing van werkneemster uit haar functie heeft geleid tot (verdere) verstoring van de arbeidsrelatie tussen werkneemster en de RvB, hetgeen zij ook heeft aangegeven bij de RvT. Met de persoonlijke notitie heeft werkneemster de situatie verder onder druk gezet. Door de opeenstapeling van genoemde gebeurtenissen is een ernstige vertrouwensbreuk ontstaan. Daarmee staat vast dat de arbeidsrelatie ernstig verstoord is geraakt. Gelet op het voorgaande moet worden geconcludeerd dat de arbeidsverhouding ernstig en duurzaam verstoord is geraakt, zodanig dat in redelijkheid niet van Ziekenhuis Rivierenland kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst zal dan ook worden toegewezen. Werkneemster heeft aansprak op een transitievergoeding. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen kan niet worden geoordeeld dat verstoring van de arbeidsverhouding in overwegende mate is te wijten aan Ziekenhuis Rivierenland. Derhalve dient het verzoek tot betaling van een billijke vergoeding te worden afgewezen.