Feiten

Werkneemster is sedert 1 mei 2012 in dienst van Brand Loyalty Sourcing B.V. (hierna: Brand Loyalty) en vervult de functie van Supply Chain Manager, tegen een salaris van € 2.903,09 bruto (32 uur per week), exclusief emolumenten. De arbeidsovereenkomst bevat een concurrentie- en een geheimhoudingsbeding. Brand Loyalty is een internationaal werkend bedrijf dat loyaliteitscampagnes aanbiedt aan Retail bedrijven. Werkneemster komt in de loop van 2021 in contact met een directe concurrent van Brand Loyalty en krijgt een aanbod voor de functie van Supply Chain Manager met een beter arbeidsvoorwaardenpakket. Werkneemster verzoekt Brand Loyalty haar te ontheffen van het concurrentiebeding. Brand Loyalty wenst werkneemster aan het concurrentiebeding te houden. In kort geding stelt werkneemster dat (1) Brand Loyalty geen belang heeft bij het concurrentiebeding, omdat zij niet beschikt over concurrentiegevoelige informatie, (2) er meerdere medewerkers in dienst van de concurrent zijn getreden, zonder dat zij aan het concurrentiebeding zijn gehouden, (3) haar belang gelegen is in de aanmerkelijk betere arbeidsvoorwaarden en doorgroeimogelijkheden en (4) het geheimhoudingsbeding Brand Loyalty voldoende bescherming biedt. Brand Loyalty stelt dat haar bedrijfsdebiet wordt aangetast als werkneemster in dienst treedt van de concurrent. Werkneemster beschikt over bedrijfsspecifieke informatie en heeft inzicht in het leveranciersnetwerk van Brand Loyalty met zijn specifieke kwaliteiten en kostenstructuur, waarmee de concurrent zijn voordeel kan doen in een markt waar een hevige concurrentie woedt. Voor zover het arbeidsvoorwaardenaanbod van de concurrent betrekking heeft op dezelfde functie als die werkneemster bij Brand Loyalty vervult, moet worden geconcludeerd dat de concurrent kennis koopt via het in dienst nemen van werkneemster, omdat de aangeboden arbeidsvoorwaarden uitgaande van een functie van Supply Chain Manager, niet markconform zijn.

Oordeel

De kantonrechter oordeelt dat Brand Loyalty voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij een zwaarwegend bedrijfsbelang heeft omdat (1) er sprake is van een directe concurrent die zich op dezelfde internationale markt beweegt, (2) er maar een handvol bedrijven actief is op die markt en er dus sprake is van hevige concurrentie, (3) de Supply Chain Manager bij het opzetten en uitvoeren van een loyaltycampagne over veel operationele kennis beschikt, die concurrerende bedrijven (mogelijk) niet of nog niet hebben. De kantonrechter oordeelt ook dat werkneemster niet onbillijk wordt benadeeld doordat Brand Loyalty haar aan het concurrentiebeding wenst te houden, omdat (1) het aangeboden arbeidsvoorwaardenpakket – dat Brand Loyalty niet bereid is te betalen – ruim boven het marktconforme niveau ligt en niet past binnen het loon/functiegebouw van Brand Loyalty, (2) werkneemster de gestelde doorgroeimogelijkheden bij de concurrent niet concreet heeft kunnen maken, (3) Brand Loyalty aannemelijk heeft gemaakt dat werkneemster voldoende mogelijkheden heeft op de arbeidsmarkt tegen een salaris dat door de concurrent is aangeboden en (4) niet aannemelijk is geworden dat Brand Loyalty in vergelijkbare situaties werknemers wel toestemming heeft gegeven om bij een concurrent in dienst te treden. De vordering van werkneemster wordt afgewezen.