Naar boven ↑

Rechtspraak

OR Sabic Limburg en OR Sabic Innovative Plastics/Sabic Limburg BV en Sabic Innovative Plastics BV
Gerechtshof Amsterdam (Locatie Amsterdam), 7 maart 2024
ECLI:NL:GHAMS:2024:519
Verplaatsing hoofdkantoor Sittard naar Amsterdam niet onredelijk. Gebreken in de medezeggenschap voldoende en tijdig hersteld.

Feiten

SABIC is een internationaal petrochemisch concern met wereldwijd ruim 31.000 medewerkers. SABIC is voor 70% eigendom van Aramco, de staatsoliemaatschappij van Saoedi-Arabië. SABIC is via dochterondernemingen in verschillende Europese landen actief. In 2002 heeft SABIC DSM Petrochemicals in Sittard-Geleen overgenomen. Sabic Limburg omvat een productielocatie te Geleen (op het industrieterrein Chemelot), een onderzoeks- en ontwikkelingslocatie te Geleen (op de campus van het industrieterrein Chemelot, genaamd Brightlands) en het Europese hoofdkantoor (European head office, hierna ook: het EHO) van SABIC te Sittard. Bij Sabic Limburg zijn circa 1.400 medewerkers werkzaam. Een andere productielocatie van SABIC in Nederland wordt geëxploiteerd door Sabic Bergen op Zoom te Bergen op Zoom. Bij Sabic Bergen op Zoom zijn circa 870 medewerkers werkzaam. Op 1 februari 2022 heeft Sabic Limburg een zogenoemde eerstefasemelding aan de OR Sabic Limburg gedaan inhoudende dat een studie wordt gedaan naar het openen van een nieuw EHO in Amsterdam, het sluiten van het EHO te Sittard en het invoeren van hybride werken. Op 30 mei 2022 heeft Sabic Limburg de OR Sabic Limburg meegedeeld dat het project verplaatsing van het EHO van Sittard naar Amsterdam mede vanwege de oorlog in Oekraïne in 2022 niet zal worden uitgevoerd. Op 9 augustus 2022 wordt de OR Sabic Limburg gevraagd advies te geven over het voorgenomen besluit EHO naar Amsterdam te verplaatsen waarbij een deel van het personeel meegaat. Een ander deel (230 werknemers) wordt overgeplaatst naar een andere regio (van Sittard naar Geleen). Uiteindelijk heeft de OR negatief geadviseerd. Ook de vestiging in Bergen op Zoom die door het besluit getroffen zou worden, heeft negatief geadviseerd. Ook de Europese ondernemingsraad heeft negatief geadviseerd.

Op 9 oktober 2023 heeft Sabic Limburg haar besluit (hierna: het besluit Limburg) kenbaar gemaakt aan de OR Sabic Limburg. Het besluit Limburg houdt samengevat in dat een nieuw EHO zal worden geopend te Amsterdam en dat het bestaande EHO te Sittard zal worden gesloten. Als gevolg hiervan zullen 126 functies van Sabic Limburg met standplaats Sittard en Geleen worden verplaatst naar Amsterdam en 229 functies van Sabic Limburg met standplaats Sittard worden verplaatst naar Geleen op het industrieterrein Chemelot.

Oordeel

De Ondernemingskamer oordeelt als volgt. 

Beperkte zeggenschap bij internationele concerns

In deze zaak doet zich de bijzonderheid voor dat Sabic c.s. deel uitmaken van een mondiaal opererend concern. Het besluit om het EHO te verplaatsen naar Amsterdam is genomen op het niveau van het EMT en maakt onderdeel uit van de internationale strategie van SABIC. Aannemelijk is dat de invloed van Sabic c.s. op de beslissing om een nieuw EHO in Amsterdam te openen niet groot is geweest. De beslisruimte voor Sabic Limburg in het kader van het in het verlengde daarvan liggende besluit om het EHO in Sittard te sluiten was daardoor eveneens beperkt. Deze beperking in de zeggenschap van Sabic c.s. neemt echter niet weg dat Sabic c.s. bij het voorbereiden en nemen van de besluiten die de ondernemingen in Nederland betreffen, zelfstandig de belangen van Sabic c.s. dienen te beoordelen en af te wegen tegen het grotere concernbelang en dat de ondernemingsraden van Sabic Limburg en Sabic Bergen op Zoom daarbij een adviesrecht toekomt. In dat kader geldt dat de beide ondernemingsraden in Nederland door Sabic c.s. tijdig geïnformeerd moeten worden over aangelegenheden die de Nederlandse ondernemingen raken en waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat deze van belang zijn voor de taakuitoefening van de ondernemingsraden, terwijl ook nog steeds geldt dat de ondernemingsraden zodanig tijdig om advies moeten worden gevraagd dat dit advies van wezenlijke invloed kan zijn op de besluitvorming.

Adviesrecht bij verstrekken en opstellen adviesopdracht artikel 25 lid 1 onder n WOR

In juni 2021 is C&W benaderd in het kader van een door het EMT te nemen besluit over de verplaatsing van het EHO in Sittard, waarbij de voorkeur uitging naar Amsterdam. Dit heeft geresulteerd in een pitchdocument en vervolgens de aan C&W verstrekte opdracht om ten behoeve van de verplaatsing van het EHO een workplace strategy op te stellen. Aangezien het EHO op dat moment onderdeel was van Sabic Limburg had dit potentieel grote gevolgen voor de 400 op het EHO werkzame werknemers. Ook voor een aantal van de bij Sabic Bergen op Zoom werkzame werknemers zou dit gevolgen hebben, zo blijkt. Het feit dat het besluit om een nieuw EHO in Amsterdam te openen uiteindelijk zou worden genomen binnen het EMT vanuit een breder Europees perspectief en dat daarop door de beide ondernemingsraden dus maar slechts beperkt invloed zou kunnen worden uitgeoefend, maakt niet dat zij wat betreft de sluiting van het EHO in Sittard en de gevolgen die dit zou hebben voor de organisatie van Sabic c.s. en de plaats waar binnen hun onderneming de werkzaamheden worden uitgeoefend hun medezeggenschapsrechten verloren. Naar het oordeel van de Ondernemingskamer hadden de ondernemingsraden daarom op de voet van artikel 25 lid 1 onder n WOR al in juni 2021 betrokken moeten worden bij het verstrekken en formuleren van de adviesopdracht aan C&W, aangezien op dat moment al voorzienbaar was dat dit tot de sluiting van het EHO in Sittard zou kunnen leiden. Dat is ten onrechte niet gebeurd.

De Ondernemingskamer stelt vervolgens vast dat Sabic c.s. nadien, toen de sluiting van het EHO te Sittard zich als een reële optie aftekende en duidelijk was dat dit ingrijpende gevolgen zou hebben voor de organisatie en de werkzaamheden bij Sabic Limburg en Sabic Bergen op Zoom, de ondernemingsraden gemotiveerd om advies hebben gevraagd en aan hen in dat kader ook de benodigde inlichtingen en gegevens hebben verstrekt. Ondanks dat op dat moment de invloed van Sabic c.s. - en daarmee van het advies van de ondernemingsraden - op de door het EMT gemaakte strategische keuze voor een EHO in Amsterdam nog maar beperkt was, kan niet worden gezegd dat het gevraagde advies op dat moment niet meer van wezenlijke invloed kon zijn op de door Sabic c.s. te nemen besluiten. Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting is gebleken dat na de eerste adviesaanvragen uitgebreid van gedachten is gewisseld tussen de bestuurders, de projectmanager EHO en de ondernemingsraden over de aard en de omvang van de voorgenomen wijzigingen in de organisatie, de verplaatsing van de werkzaamheden en met name ook de personele gevolgen van de voorgenomen besluiten. Sabic c.s. hebben diverse vragen van de ondernemingsraden beantwoord en gereageerd op door de ondernemingsraden geuite zorgen en bezwaren. Gelet op de wijze waarop en de intensiteit waarmee de ondernemingsraden na de eerste adviesaanvragen (alsnog) zijn betrokken bij en geïnformeerd over de (voorgenomen) besluiten zijn de medezeggenschapstrajecten van een voldoende inhoudelijke kwaliteit geweest en zijn de eerdere onvolkomenheden in de (aanvang van de) medezeggenschapstrajecten van onvoldoende gewicht om daarover anders te oordelen. De slotsom is dat de ondernemingsraden uiteindelijk zijn voorzien van alle inlichtingen en gegevens die redelijkerwijs nodig waren en dat het advies op een zodanig tijdstip is gevraagd dat het nog van wezenlijke invloed kon zijn op de te nemen besluiten.

Belangenafweging

De Ondernemingskamer stelt met betrekking tot de inhoudelijke bezwaren van de ondernemingsraden tegen de Besluiten voorop dat de ondernemer gehouden is om bij zijn besluitvorming alle kenbare bij de onderneming betrokken gerechtvaardigde belangen te betrekken. Het betreft hier een door de Ondernemingskamer te verrichten marginale toetsing van de besluitvorming van de ondernemer. De Ondernemingskamer gaat na of de ondernemer bij afweging van de betrokken belangen in redelijkheid tot zijn besluit heeft kunnen komen. De Ondernemingskamer houdt daarbij rekening met de beleidsvrijheid van de ondernemer (vgl. HR 18 mei 2018, ECLI:NL:HR:2018:725).

De ondernemingsraden hebben erop gewezen dat de verplaatsing van een aanzienlijke groep werknemers van Sittard en Bergen op Zoom naar Amsterdam het risico van een (groot) personeelsverloop (attritie) met zich brengt, dat dit zal leiden tot vacatures op voor Sabic c.s. essentiële functies, die moeilijk kunnen worden vervuld (ook in de regio Amsterdam) en een verlies aan kennis en ervaring. De Ondernemingskamer is van oordeel dat Sabic c.s. voldoende inhoudelijk het debat hebben gevoerd met de ondernemingsraden over het risico van attritie en de gevolgen daarvan voor de ondernemingen. De bezwaren van de ondernemingsraden zijn serieus genomen en meegenomen in de belangenafweging. 

Wat betreft de mitigerende maatregelen geldt dat de Ondernemingskamer niet heeft kunnen vaststellen dat deze niet adequaat zijn om het risico van attritie te beperken. Dat de maatregelen op zichzelf genomen onvoldoende of onredelijk zouden zijn is niet gesteld. Aan de medewerkers van wie de werklocatie wordt verplaatst naar Amsterdam wordt een breed en compleet pakket aan mitigerende maatregelen aangeboden. Deze maatregelen betreffen onder meer financiële compensatie van verhuis-, reis- en verblijfkosten, de reistijd (die bij reizen met het openbaar vervoer niet tot langere werkdagen hoeft te leiden omdat reistijd als werktijd zal worden aangemerkt) en een mogelijkheid de arbeidsrelatie te beëindigen tegen gunstige voorwaarden.

Veilige werkomgeving Geleen

De bezwaren van de ondernemingsraden hebben vooral betrekking op een verhuizing van kantoorfuncties van Sittard naar gebouw 02.02 in Geleen. Sabic Limburg heeft toegelicht dat gebouw 02.02 op industrieterrein Chemelot als kantoorgebouw is bestemd en ook al als zodanig in gebruik is en voldoet aan alle geldende vergunningen en voorschriften. Binnen de chemische industrie wordt een kantoorlocatie in de omgeving van productiefaciliteit, gelegen binnen de riscocontour 10-5 (het gebied waarbinnen de kans bestaat op één dodelijk ongevalsslachtoffer per 100.000 jaar) aanvaardbaar geoordeeld. Gebouw 02.02 ligt voor 97% zelfs buiten risicocontour 10-6 (één dodelijk ongevalsslachtoffer per 1.000.000 jaar). Slechts een kleine hoek van het gebouw (3%) valt binnen de zonder meer aanvaardbaar geachte grens van risicocontour 10-6. De ondernemingsraden hebben gewezen op het convenant voor een veilige ontwikkeling van Chemelot dat op 25 mei 2023 door de provincie Limburg, diverse gemeenten en een aantal bedrijven gevestigd op het industrieterrein Chemelot is gesloten, waarin afspraken zijn vastgelegd die verdergaan dan de veiligheidseisen die door wet- en regelgeving worden gesteld. De Ondernemingskamer is gelet op dit alles van oordeel dat Sabic c.s. in redelijkheid tot het besluit hebben kunnen komen om werknemers die nu nog werkzaam zijn op het hoofdkantoor te Sittard en niet het EHO te Amsterdam als werklocatie aangewezen krijgen te verhuizen naar de kantoorlocaties van Sabic Limburg op het industrieterrein Chemelot (waaronder gebouw 02.02).