Rechtspraak
Rechtbank Oost-Brabant (Locatie Eindhoven), 15 december 2023
ECLI:NL:RBOBR:2023:6430
Feiten
Werknemer is in 2023 in dienst getreden bij Ciao Catering VOF. Begin september 2023 heeft Ciao Catering bij een kascontrole ontdekt dat er contant geld ontbrak. Dit geld was op zaterdag 2 september 2023 gedeponeerd in de brievenbus, die Ciao Catering in haar bedrijfspand heeft opgehangen voor het afdragen van contante betalingen door haar foodtruckmedewerkers. Ciao Catering heeft na deze vaststelling besloten om de loggegevens van het beveiligings- en alarmsysteem uit te lezen, waarin wordt bijgehouden wanneer het alarm in het bedrijfspand van Ciao Catering wordt in- en uitgeschakeld. Vervolgens heeft Ciao Catering een verborgen camera geïnstalleerd in de ruimte waar de brievenbus zich bevindt, gericht op die brievenbus. Ook zijn videobeelden van de directe omgeving van het bedrijfspand van Ciao Catering bekeken, die zijn gemaakt met beveiligingscamera’s van in de nabijheid gevestigde bedrijven. Hierop is werknemer door Ciao Catering herkend als degene die op de hiervoor genoemde data, buiten werktijd, de bedrijfslocatie van Ciao Catering heeft betreden. In een gesprek op 25 september 2025 – dat met medeweten van werknemer is opgenomen – is werknemer door Ciao Catering op staande voet ontslagen wegens diefstal van het werk. Direct na het gesprek is werknemer met een vennoot en de bedrijfsleider naar zijn huisadres gereden en heeft hij een bedrag van € 2.000 aan contant geld overhandigd. Werknemer verzoekt de kantonrechter om bij beschikking voor recht te verklaren dat er geen sprake is geweest van een rechtsgeldig ontslag op staande voet. Ciao Catering voert verweer.
Oordeel
De beslissing in deze zaak valt of staat bij de vraag of de dringende reden waarop Ciao Catering het aan werknemer gegeven ontslag op staande voet heeft gebaseerd voldoende vaststaat. Werknemer heeft erkend dat hij op 3 en op 17 september 2023 buiten werktijd in het bedrijfspand van Ciao Catering is geweest, zodat dit vast staat. De twijfel die het op beeld vastgelegde gedrag van werknemer oproept, rechtvaardigt niet de conclusie dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal van de vermiste enveloppen. Wel vormt dit gedrag naar het oordeel van de kantonrechter voldoende rechtvaardiging voor Ciao Catering om werknemer indringende vragen te stellen over die verdwenen enveloppen. Uit de opname blijkt ook dat werknemer de gelegenheid heeft gehad om daarop te reageren. De stelling van werknemer dat er geen hoor en wederhoor heeft plaatsgevonden, volgt de kantonrechter dus niet. Ook heeft ze niet gehoord dat onder onredelijke druk of onder dreiging aan werknemer uitspraken zijn ontlokt. Verder heeft ze in het gesprek niets gehoord dat wijst op enige paniek of shock aan de zijde van werknemer. Daarbij valt op dat het bedrag dat werknemer noemt dicht ligt bij het volgens Ciao Catering weggenomen bedrag. Tot slot heeft werknemer in het gesprek van 25 september 2023 aangegeven in (geld)problemen te verkeren. Op basis van het voorgaande concludeert de kantonrechter dat de uitlatingen van werknemer in het gesprek van 25 september 2023, in onderling verband bezien, niet anders op te vatten zijn dan als een bevestiging dat de verdenkingen tegen hem gegrond zijn. De kantonrechter vindt dat hiermee de dringende reden in voldoende mate is komen vast te staan. Dat niet op camera is vastgelegd dat werknemer enveloppen heeft meegenomen, vindt de kantonrechter onvoldoende om tot een ander oordeel te komen. Uit wat hierboven is geschreven, volgt dat in voldoende mate vast staat dat werknemer door opzet of schuld aan Ciao Catering een dringende reden heeft gegeven voor een ontslag op staande voet. Aangezien dit ontslag op staande voet ook is gegeven, heeft Ciao Catering recht op vergoeding van de gefixeerde schadevergoeding.