Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Beroepsvervoer over de weg

Tussenvonnis. Werknemer voldoet niet aan voorwaarden prepensioenregeling

Werknemer, geboren in 1950, is vanaf 1 juli 1964 werkzaam in het beroepsgoederenvervoer. In 2002 is hij werkzaam geweest bij Reijnders Logistics B.V. De daar werkzame werknemers zijn niet aangemeld voor de prepensioenregeling. In januari 2003 is werknemer is dienst getreden van Van Ganzewinkel B.V. en is toen deelnemer geworden in de prepensioenregeling tot en met 31 december 2005. In april 2003 is Reijnders Logistics failliet gegaan. Op 1 januari 2006 is Pensioenreglement V in werking getreden waarin onder meer het volgende is bepaald: 'de deelnemer moet vanaf 1 januari 2002 tot en met 31 december 2005 onafgebroken deelnemer zijn geweest in de prepensioenregeling van de Stichting Prepensioenfonds voor het Beroepsgoederenvervoer over de Weg en de Verhuur van Mobiele Kranen (...)'. Na 1 januari 2006 heeft de Stichting werkgevers, die hun werknemers niet lieten deelnemen in de prepensioenregeling, in de gelegenheid gesteld dit met terugwerkende kracht alsnog te doen door voor al die werknemers de premie over de periode 1 januari 2002 tot 20 februari 2003 te voldoen. Werknemer vordert thans voor recht te verklaren dat hij van 1 januari 2002 tot 1 januari 2006 deelnemer is geweest in de prepensioenregeling. Hij stelt dat hij voor het eerst in 2008 heeft vernomen dat hij in 2002 geen deelnemer was in de prepensioenregeling. Tot dat moment mocht hij erop vertrouwen deelnemer te zijn in de prepensioenregeling, onder meer op grond van door hem ontvangen (pre)pensioenoverzichten. Omdat werknemer niet tijdig is geïnformeerd door de Stichting heeft hij niet de mogelijkheid gehad het defect in zijn deelnemerschap (door zijn voormalige werkgever) te (laten) repareren. Werknemer is bereid zelf de premie voor 2002 te betalen aan de Stichting, omdat zijn werkgever gedurende 2002 dat vanwege haar faillissement in april 2003 niet kan.

De kantonrechter stelt vast dat werknemer niet voldoet aan de voorwaarden van het Pensioenreglement. De vraag die moet worden beantwoord is of de Stichting daarop een beroep kan doen bij haar weigering om werknemer in aanmerking te laten komen voor voorwaardelijk pensioen met ingang van 1 juli 2011. Voordat de zaak inhoudelijk behandeld zal worden, heeft de kantonrechter een aantal vragen (onder andere op welke wijze werknemers zijn geïnformeerd en wanneer de Stichting op de hoogte was dat Reijnders Logistics werknemers niet liet deelnemen aan de pensioenregeling), waarover partijen zich bij akte kunnen uitlaten. Volgt aanhouding van de zaak.