Rechtspraak
Rechtbank Gelderland (Locatie Arnhem), 3 juli 2015
ECLI:NL:RBGEL:2015:4357
Hermes Groep N.V./werknemer
Werknemer (60 jaar oud) is vanaf 6 april 1979, laatstelijk in de functie van buschauffeur, bij (de rechtsvoorganger van) Hermes, bedrijfsonderdeel van Connexxion, in dienst. Werknemer is op staande voet ontslagen wegens het telefoneren tijdens zijn dienst. Na een klacht van een reiziger zijn camerabeelden bekeken waaruit blijkt dat werknemer in de bus heeft getelefoneerd en een sigaret heeft gerookt. Op de arbeidsovereenkomst is de CAO Openbaar Vervoer van toepassing. Daarin staat in artikel 82 en 83 een aantal disciplinaire maatregelen beschreven, waarbij artikel 82 lid 1 daarnaast de mogelijkheden tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst overeenkomstig het BW en BBA openlaat. Werknemer heeft zich op de vernietigbaarheid van het ontslag beroepen. Hermes verzoekt in de onderhavige procedure voorwaardelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst, primair wegens een dringende reden.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Gelet op de inhoud van het heden gewezen vonnis in kort geding tussen partijen, is het bestaan van een dringende reden onvoldoende aannemelijk (zie AR 2015-0610). Door het bekijken van deze camerabeelden is komen vast te staan dat werknemer op 26 maart 2015 tijdens het rijden tot tweemaal toe in een bus met passagiers mobiel heeft gebeld, alsmede dat hij met een brandende sigaret de bus is ingestapt en deze sigaret korte tijd later uit de bus gooit. Niet in geschil is dat het maken van de filmopnames rechtmatig is, gelet op de daarvoor opgestelde Regeling cameratoezicht. De vraag is evenwel of het bekijken en gebruiken van de beelden in deze zaak, zonder voorafgaande toestemming van werknemer, onrechtmatig is. De kantonrechter overweegt dat de maatstaf voor uitsluiting van (mogelijk) onrechtmatig verkregen bewijs is dat sprake moet zijn van bijkomende omstandigheden (HR 18 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:942). Uitgaande van het principe van de vrije bewijsleer in civiele procedures (art. 152 Rv), dat wil zeggen dat bewijs op alle mogelijke wijzen geleverd kan worden, is er in casu geen sprake van dergelijke bijkomende omstandigheden die gebruik van dit bewijs uitsluiten. Het belang van Hermes bij waarheidsvinding weegt zwaarder dan het belang van de privacy van werknemer. Daarbij wordt meegewogen dat recentelijk een strikt beleid betreffende mobiel bellen is ingevoerd en het niet is gelukt na een gesprek met werknemer de ware toedracht te achterhalen, omdat hij zich niets kon herinneren. Het bewijs is rechtmatig verkregen.
Naar het oordeel van de kantonrechter is het begrijpelijk dat Hermes het noodzakelijke vertrouwen voor een vruchtbare voortzetting van de arbeidsovereenkomst met werknemer is verloren. Na alle commotie en de expliciete waarschuwing op 25 maart 2015, had werknemer het verbod op mobiel bellen tijdens het rijden simpelweg moeten naleven en niet moeten overtreden, zeker niet daags na die waarschuwing. Daarmee geconfronteerd, dezelfde dag en op 30 maart 2015, had hij vervolgens een andere, minder onverschillige houding moeten aannemen. Zijn uiteindelijke reactie, nadat hij de camerabeelden had gezien, dat hij uit een soort automatisme heeft gehandeld, volstaat, gelet op alle omstandigheden, niet. Uit de camerabeelden blijkt voorts dat hij ten aanzien van het roken in de bus niet de waarheid heeft gesproken tegenover Hermes. Vast staat dat hij deze regel in het verleden ten minste één keer heeft overtreden en daarvoor officieel is gewaarschuwd, zodat sprake is van een herhaalde overtreding. Door aldus te handelen, heeft hij de indruk aan Hermes gegeven dat hij het beleid van Hermes ten aanzien van zowel het roken in de bus als het aangescherpte beleid ten aanzien van het mobiel bellen tijdens rijdiensten, niet zo serieus neemt en daardoor heeft hij het vertrouwen van Hermes geschaad. De arbeidsovereenkomst wordt voorwaardelijk wegens een vertrouwensbreuk ontbonden, zonder toekenning van een vergoeding.