Naar boven ↑

Update

Nummer 36, 2018
Uitspraken van 02-09-2018 tot 03-09-2018
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Geachte confrères, collegae, amici en amicae,

Bijgaand treft u weer een nieuwe VAAN AR update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.

Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de volgende uitspraken.

Structurele inzet uitzendkrachten leidt tot uitwisselbare functies, omdat geen sprake is van ‘duidelijk tijdelijk karakter’
In AR 2018-0989 oordeelt de kantonrechter dat de arbeidsovereenkomst ten onrechte is opgezegd met toestemming van het UWV en de werkgever de arbeidsovereenkomst moet herstellen. De centrale vraag die partijen verdeeld hield, was of werkgever eerst afscheid moest nemen van ingeleend personeel, alvorens de eigen werknemers te ontslaan. Omdat de uitzendkrachten gedurende langere tijd structureel ingezet werden, kon niet langer worden gesproken van een ‘duidelijk tijdelijk karakter’ (art. 13 jo. 17 Ontslagregeling) waardoor sprake is van uitwisselbare functies en artikel 7:671a lid 5 sub c BW.

‘Ontbinding op de h-grond dan wel een door de kantonrechter te bepalen passende grond’ kan bij onvoldragen h-grond niet tot ontbinding op een andere grond leiden
In AR 2018-0992 oordeelt de kantonrechter dat ontbinding op een andere grond dan een expliciet aangevoerde h-grond niet mogelijk is ondanks de toevoeging ‘dan wel een door de kantonrechter te bepalen passende grond’. Naar het oordeel van de rechter is aanvulling van de ontslaggronden niet zonder meer mogelijk. Bovendien zien de verwijten aan het adres van werknemer vooral op disfunctioneren, welke grond niet is aangevoerd.
Op het ontbindingsverzoek van de werknemer oordeelt de kantonrechter dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen aan de zijde van de werkgever: € 102.600. Bonus en transitievergoeding maken geen onderdeel uit van de vergoeding, nu werkneemster niet heeft voldaan aan de voorwaarden voor de transitievergoeding en de bonus van veel factoren afhankelijk is.

Ryanair dient VNV-leden in dienst van andere luchtvaartmaatschappijen toe te laten tot cao-onderhandelingsteam
In AR 2018-0988 oordeelt de rechter dat Ryanair VNV-leden die in dienst zijn van andere luchtvaarmaatschappijen (zoals KLM) niet mag weren aan de onderhandelingstafel. Ryanair verweerde zich met een beroep op het in Richtlijn 2016/943/EU en in artikel 101 EU-Verdrag vervatte verbod om informatie betreffende concurrenten uit te wisselen. Dit verweer ging om verschillende redenen niet op. Ten eerste wordt in de preambule bij deze richtlijn zelf een uitzondering gemaakt, in die zin dat het vergaren van bedrijfsgevoelige informatie in het kader van cao-overleg daarin wordt toegestaan. Voorts prevaleren de Europese mededingingsregels niet boven de fundamentele vrijheden op het gebied van collectieve onderhandelingen, hetgeen op te maken valt uit het arrest Albany. Ten slotte is van belang dat de vertegenwoordigers van Ryanair die deelnemen aan het cao-overleg het in beginsel zelf in de hand hebben welke gegevens tijdens de onderhandelingen aan de overige onderhandelaars worden verstrekt.

Vragen of opmerkingen

Indien u problemen ondervindt met inloggen, kunt u contact opnemen met het secretariaat van de VAAN via het telefoonnummer 0343-430600 of via het e-mailadres secretariaat@vaan-arbeidsrecht.nl. Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest ons nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Rechtbank