Beëindiging WW-uitkering in verband met verblijf in het buitenland. Dat appellant door omstandigheden genoodzaakt was om de woning in Duitsland te accepteren en dat deze verhuizing voor appellant geen wezenlijke wijziging in zijn leven met zich bracht, maakt niet dat niet gesproken kan worden van verblijf in het buitenland.

Besluit inzake re-integratiemogelijkheden zorgvuldig, begrijpelijk en overtuigend tot stand gekomen; appellante is terecht in staat geacht mee te kunnen werken aan passende re-integratieactiviteiten.

Vanwege de mededeling dat appellant een advocaat zou inschakelen had de medewerker van UWV zich moeten afvragen of appellant toch een hoorzitting wenste. Niet kan worden gezegd dat appellant afstand heeft gedaan van het recht om te worden gehoord conform artikel 7:3, aanhef en onder c, van de Awb.

werknemer/Stichting Pantar Amsterdam

Geschil over de vraag of plaatsing van Wsw-werknemer in Roermond een proefplaatsing betreft. Te laat betaald loon