Rechtspraak
Werknemer (53 jaar) is op 5 november 2007 bij Vurenhawa in dienst is getreden op basis van een arbeidsovereenkomst voor de duur van drie jaar. Het aangaan van deze arbeidsovereenkomst is het rechtstreekse gevolg van een aan Vurenhawa toegezegde omzetgarantie van de vorige werkgever van werknemer, waardoor uiteindelijk acht werknemers (waaronder werknemer) in dienst van Vurenhawa zijn getreden. Vurenhawa verzoekt thans ontbinding wegens bedrijfseconomische noodzaak en is bereid aan werknemer een vergoeding conform het sociaal plan te betalen. Werknemer stelt zich op het standpunt dat het ontbindingsverzoek moet worden afgewezen, dan wel dat hem een vergoeding toekomt overeenkomstig het loon tot aan einde arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd.
De kantonrechter oordeelt als volgt. De arbeidsovereenkomst wordt tussentijds ontbonden. Bij het toekennen van een vergoeding dient de kantonrechter zich in beginsel te houden aan het met vakbonden overeengekomen sociaal plan. In casu is echter van belang de door de vorige werkgever gedane omzetgarantie toezegging. Dit betekent dat werknemer naast de vergoeding conform het sociaal plan ook aanspraak maakt op de zogenoemde 'rugzak' van zijn vorige werkgever.
Volgt ontbinding met een vergoeding van € 9.261.