Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Twijnstra Gudde Adviseurs en Managers en Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen
Gerechtshof Amsterdam, 18 oktober 2011
ECLI:NL:GHAMS:2011:BU8745

werknemer/Twijnstra Gudde Adviseurs en Managers en Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen

Opvolgende werkgever niet gehouden oorspronkelijke pensioentoezegging na te komen, omdat sprake is van een rechtsgeldige wijziging van de pensioentoezegging. Geen sprake van dwaling, dan wel beroep op dwaling verjaard

Werknemer is op 1 mei 1972 in dienst getreden van A. Werknemer nam toen deel aan een collectieve pensioenverzekering. A heeft in 1986 een aantal offertes opgevraagd en heeft de voor werknemer met ingang van 1 januari 1987 geldende pensioenregeling vastgelegd is een pensioenbrief van 10 september 1987 (hierna: de pensioenbrief). In de pensioenbrief wordt Centraal Beheer Leven N.V. als verzekeraar genoemd. Eind 1992 is A overgenomen door TG Holding B.V., de rechtsvoorganger van Twijnstra Gudde. In verband met deze overname is een bijlage aan de pensioenbrief van werknemer toegevoegd waarin is bepaald dat de kosten van de pensioenregeling vanaf 1 januari 1993 volledig voor rekening van Twijnstra Gudde N.V. komen en waarin een berekening van het pensioensalaris per 1 januari 1993 en een formule voor de jaarlijkse aanpassing van het pensioensalaris zijn opgenomen. In verband met de overname is werknemer op enig moment in dienst getreden van Twijnstra Gudde. Dat dienstverband is door opzegging geƫindigd per 31 december 1998. Werknemer vordert thans van Twijnstra Gudde nakoming van de pensioentoezegging voor 1987. Volgens werknemer is de toen doorgevoerde wijziging onder dwaling tot stand gekomen.

Het hof oordeelt als volgt. Het betoog van werknemer dat hij weliswaar heeft ingestemd met de wijziging van zijn pensioenregeling van een uitkeringsovereenkomst naar een kapitaalovereenkomst, maar dat hij daarmee niet heeft ingestemd met een wijziging van zijn pensioentoezegging, faalt. Immers, werknemer heeft (1) zelf met ingang van 1 januari 1987 kapitaalverzekeringen gesloten met Centraal Beheer, (2) daarbij zijn tot dan toe lopende pensioenverzekering afgekocht en omgezet in een kapitaalverzekering met een eenmalige koopsom, (3) de bij deze kapitaalverzekeringen behorende polissen ontvangen en (4) een pensioenbrief ontvangen waarin tot uitdrukking komt dat zijn werkgever hem in staat stelt conform artikel 2 lid 4 onder C van de Pensioen- en spaarfondsenwet zelf verzekeringsovereenkomsten te sluiten. Daarmee heeft hij een nieuwe pensioenregeling getroffen die, naar hij zelf in hoger beroep erkent, een streefregeling is en die derhalve wordt gekenmerkt door een pensioentoezegging met een ander karakter dan een garantieregeling. Daarmee faalt het betoog van werknemer dat hij niet met de pensioentoezegging die besloten ligt in de pensioenbrief van 1987 heeft ingestemd. Voor zover werknemer een beroep op dwaling doet, oordeelt het hof dat de vorderingen zijn verjaard nu hij reeds in 1999 bekend had moeten zijn met de lagere pensioenuitkeringen en pas eerst in 2008 partijen heeft gedagvaard. Ook voor het overige falen de grieven van werknemer.