Rechtspraak
Rechtbank Midden-Nederland, 19 december 2011
ECLI:NL:RBUTR:2011:BV3062
Dyckerhoff Basal Nederland BV/werkneemster
Werkneemster is sinds 1987 in dienst van (de rechtsvoorganger van) Dyckerhoff, laatstelijk in de functie van directiesecretaresse. De statutair bestuurder waarvoor werkneemster werkzaam was, heeft per 1 oktober 2010 zijn functie neergelegd. Ten behoeve van het inwerken van de nieuwe statutair bestuurder is hij werkzaam gebleven tot 1 januari 2011. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de voormalig statutair bestuurder in strijd met het overeengekomen concurrentiebeding heeft gehandeld, door kort voor het einde van zijn dienstverband de Bizongroep op te richten. Thans verzoekt Dyckerhoff de arbeidsovereenkomst met werkneemster te ontbinden op grond van een dringende reden, dan wel verandering in omstandigheden. Dyckerhoff stelt dat werkneemster heeft geholpen bij het opzetten van de concurrerende onderneming.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Dat werkneemster betrokken was bij de correspondentie van de voormalig bestuurder, rechtvaardigt niet de conclusie dat werkneemster zodanig betrokken was bij het opzetten van een concurrerende onderneming dat dit in strijd is met de op haar rustende verplichtingen uit de arbeidsovereenkomst met Dyckerhoff. Voor dit oordeel is van belang dat weliswaar de voormalig bestuurder per 1 oktober 2010 als statutair bestuurder is teruggetreden, maar dat van enige aan werkneemster kenbare belangentegenstelling of strijd tussen Dyckerhoff en de bestuurder niet is gebleken. Sterker nog, de bestuurder is kennelijk op verzoek van Dyckerhoff min of meer op de oude voet blijven functioneren tot 1 januari 2011. Er is onvoldoende aangevoerd om aannemelijk te achten dat werkneemster reden had om aan te nemen dat de haar door de voormalig bestuurder verstrekte opdrachten niet berustten op tussen de bestuurder en Dyckerhoff gemaakte afspraken. Dat werkneemster op de hoogte is geweest van de inhoud van de overeenkomst waaruit blijkt dat concurrerende activiteiten worden ontplooid, betekent niet dat werkneemster zelf heeft meegewerkt bij het opzetten van de onderneming. Ook hier geldt dat gesteld noch gebleken is dat werkneemster een eigen initiatief heeft ontplooid. Er bestaat geen grond om het bestaan van de gestelde dringende reden aan te nemen en evenmin voor het bestaan van zodanig gewijzigde omstandigheden dat het dienstverband dient te worden beƫindigd. Van beide partijen mag verwacht worden dat zij, als de professionals die zij zijn, gaan werken aan het herstel van de verhoudingen. Volgt afwijzing van het ontbindingsverzoek.