Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 26 juni 2012
ECLI:NL:GHARN:2012:BW9698
ND Logistics Nederland/werknemer
Werknemer is op 24 april 1995 als chauffeur in dienst getreden van Christian Salvesen B.V. (thans ND Logistics Nederland). Op de arbeidsovereenkomst is de CAO voor het Beroepsgoederenvervoer over de Weg middels incorporatie van toepassing. Eind 2004 werd duidelijk dat de vestiging van Christian Salvesen in Leeuwarden om bedrijfeconomische redenen zou moeten worden gesloten. Met het oog daarop is op 23 november 2004 tussen Christian Salvesen en de vakbonden FNV Bondgenoten (hierna: FNV) en CNV Bedrijvenbond (hierna: CNV) een sociaal plan overeengekomen. Op basis van dit plan heeft Christian Salvesen via een collectieve ontslagaanvraag bij de CWI toestemming gevraagd en verkregen om het dienstverband met een aantal werknemers, onder wie werknemer, te beëindigen. Op grond daarvan heeft Christian Salvesen op 29 maart 2005 de arbeidsovereenkomst met werknemer opgezegd per 30 juni 2005. Met het oog op de oudere chauffeurs heeft Christian Salvesen vervolgens de transportpool in het leven geroepen, waarin werknemer ingaande 1 juli 2005 is gaan participeren, als gevolg waarvan hij bij Christian Salvesen in dienst kon blijven (ontslag heeft derhalve niet plaatsgevonden). Met betrekking tot deze transportpool hebben Christian Salvesen en FNV en CNV aanvullende collectieve afspraken gemaakt, die als Bijlage II aan het sociaal plan zijn gehecht. Artikel 5 van Bijlage II bepaalt dat artikel 39 van de cao BGV niet van toepassing is. Werknemer heeft vanaf 1 juli 2005 declaraties ingediend voor het vergoeden van zijn extra reiskosten en reistijd van woon-werkverkeer, en wel conform de regeling als neergelegd in artikel 39 van de cao BGV. Die declaraties zijn door Christian Salvesen niet gehonoreerd met de mededeling dat voor degenen die deelnamen aan de transportpool artikel 39 van de cao BGV niet van toepassing was.
Het hof oordeelt als volgt. Met de kantonrechter is het hof van oordeel dat Bijlage II niet kan worden aangemerkt als cao omdat het niet is ondertekend en niet voldoet aan de eisen van artikel 3 WCAO. Op de arbeidsovereenkomst van Christian Salvesen met werknemer was de cao BGV vanwege het in de arbeidsovereenkomst opgenomen incorporatiebeding van toepassing. De in juni/juli 2005 van kracht zijnde cao BGV was in dat tijdvak niet algemeen verbindend verklaard. Dat betekent dat het partijen vrij stond van de cao BGV afwijkende afspraken te maken. Vast staat wel dat werknemer heeft ingestemd met een tewerkstelling in de transportpool, maar niet is toegelicht op welke wijze Christian Salvesen dit met werknemer heeft besproken. Werknemer heeft in elk geval gemotiveerd betwist dat partijen in dat kader over de vergoeding van de reiskosten en reistijd nadere afspraken hebben gemaakt. Nu niet is gesteld of gebleken dat de wijziging van de reiskostenregeling als neergelegd in Bijlage II voor 1 juli 2005 met werknemer is besproken en/of dat Bijlage II voor genoemde datum aan de gemachtigde van werknemer is toegezonden, kan uit het enkele feit dat werknemer ermee heeft ingestemd deel te gaan uitmaken van de transportpool, niet worden afgeleid dat hij tevens (stilzwijgend) met de in Bijlage II vastgelegde reiskostenvergoeding heeft ingestemd.
Ondanks het ontbreken van een 613-beding, kan in casu van werknemer worden verlangd dat de nieuwe reiskostenvergoedingsregeling op hem van toepassing is. Christian Salvesen heeft daartoe terecht een beroep op Stoof/Mammoet gedaan. In het behoud van werkgelegenheid voor oudere werknemers heeft Christian Salvesen ‘gewijzigde omstandigheden’ op het werk aangetoond. Het voorstel was redelijk en kon in alle redelijkheid van werknemer worden gevergd. Bij dit alles speelt mede een rol dat werknemer lid is van FNV, welke partij met de Bijlage II heeft ingestemd.