Rechtspraak
werknemer/Mammoet Road Cargo
Werknemer is op 5 december 1994 als internationaal chauffeur in dienst getreden van (de rechtsvoorgangster van) Mammoet Road Cargo. Met ingang van 30 oktober 2006 is werknemer de functie van planner gaan vervullen. In dat kader hebben partijen een ‘wijziging arbeidsovereenkomst’ gesloten. Artikel 3 van de wijzigingsovereenkomst luidt als volgt: ‘Bij gebleken ongeschiktheid voor de functie van Planner zal werknemer terugkeren in zijn oude functie: Internationaal Chauffeur met bijbehorende loonschaal (E6).’ Laatstelijk verdiende werknemer als planner € 3.495,20 bruto per periode van vier weken exclusief loon voor overwerk en exclusief vakantietoeslag. Per eind september 2009 is werknemer weer als internationaal chauffeur gaan werken en wel tegen een basissalaris van € 2.140,48 bruto per vier weken exclusief loon voor overwerk en exclusief vakantietoeslag. De centrale vraag is of werknemer in zijn huidige functie recht heeft op een persoonlijke toeslag ex artikel 19 CAO Goederenvervoer Nederland bij plaatsing in een lager gewaardeerde functie.
Het hof oordeelt als volgt. Duidelijk is geworden dat bij de overstap van werknemer naar de functie van planner, partijen een hoger vast salaris zijn overeengekomen, ter compensatie van het verlies aan overurenvergoeding in de functie van internationaal chauffeur. In deze bijzondere situatie kan de functie van internationaal chauffeur, die werknemer per eind september 2009 weer ging bekleden, niet worden aangemerkt als een, vergeleken met de daarvoor door hem uitgeoefende functie van planner, lager gewaardeerde functie. Het hof onderschrijft dan ook het in de voorgaande rechtsoverweging weergegeven standpunt van Mammoet Road Cargo. Het grote aantal overuren dat werknemer als internationaal chauffeur tot eind oktober 2006 had gemaakt, de hoogte van het totaalinkomen dat werknemer als internationaal chauffeur tot voormelde datum had ontvangen en de verhoging door Mammoet Road Cargo, teneinde salarisachteruitgang voor werknemer te vermijden van het inkomen dat werknemer vanaf eind oktober 2006 als planner zou gaan verdienen, maken dat niet kan worden geoordeeld dat, toen werknemer per eind september 2009 weer als internationaal chauffeur ging werken, hij belast werd met werkzaamheden ‘verbonden aan een lager gewaardeerde functie’ in de zin van artikel 19 sub A cao.