werknemer/Stichting Ja, Natuurlijk……Aan de Dijk en Hermans

Werknemer is met ingang van 31 december 2001 op basis van een schriftelijk arbeidscontract voor onbepaalde tijd in dienst getreden van Biologische Natuurboerderij ‘Aan de Dijk’. In de periode voor zijn indiensttreding bij de boerderij ontving werknemer een WAO-uitkering op basis van 80-100% arbeidsongeschiktheid. De WAO-uitkering van werknemer over de periode 9 september 2008 tot 1 februari 2010 is door het UWV aan Hermans (bestuurder) uitbetaald. Werknemer vordert thans betalingen op grond van de CAO Dierhouderij.

Het hof oordeelt als volgt. De eerste vraag is wie de werkgever is: de stichting of Hermans? Naar het oordeel van het hof heeft werknemer zich verbonden met de stichting en niet met Hermans. Dat het UWV aan Hermans de WAO-uitkering betaalt en Hermans een aantal malen in persoon betalingen aan werknemer deed, doet aan het voorgaande niet af. Resteert de vordering jegens Hermans, gebaseerd op haar aansprakelijkheid als bestuurster van de stichting. Voor toewijzing daarvan bestaat geen grond omdat Hermans geen persoonlijk verwijt te maken valt. Het is geheel aannemelijk dat de stichting de arbeidsovereenkomst met werknemer is aangegaan, omdat daarvoor een loonkostensubsidie van de gemeente Nijmegen werd verkregen. Toen die subsidie na september 2008 wegviel, overigens door toedoen van werknemer, heeft Hermans niettemin uit eigen middelen de stichting in staat gesteld het loon door te betalen. Dat is doorgegaan totdat bij Hermans de middelen daarvoor kwamen te ontbreken. Er zijn geen aanwijzingen dat Hermans enige privé-onttrekking heeft gedaan die tot de betalingsonmacht van de stichting heeft geleid. Bij die stand van zaken zal de vordering van werknemer jegens Hermans in persoon, gebaseerd op bestuurdersaansprakelijkheid, worden afgewezen.