Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/werkgever
Rechtbank Zeeland-West-Brabant (Locatie Tilburg), 8 juni 2016
ECLI:NL:RBZWB:2016:4176

werknemer/werkgever

Werknemer meldt zich niet op de voorgeschreven wijze ziek, werkgever is niet op de hoogte van de ziekmelding, werknemer reageert zonder goede grond niet op brief en/of e-mail van werkgever. Hoofdregel van artikel 7:627 BW brengt mee dat werknemer geen aanspraak maakt op loon.

Werknemer is met ingang van 1 april 2011 voor de bepaalde tijd van één jaar in dienst getreden van werkgever in de functie van coördinator combinatiefunctionarissen Onderwijs/Sport. De arbeidsovereenkomst is verlengd tot en met 31 december 2013 en is van rechtswege geëindigd met ingang van 1 januari 2014. De laatste van toepassing zijnde arbeidsovereenkomst bepaalt dat de medewerker verplicht is zich vóór 09.00 uur in de ochtend op de eerste dag van ziekte telefonisch ziek te melden bij werkgever. Op 28 november 2013 heeft werknemer zich bij een kantoorgenoot via een whatsappbericht ziek gemeld. Na 27 november 2013 heeft werknemer geen werkzaamheden meer verricht. Werknemer vordert thans dat werkgever wordt veroordeeld tot betaling aan hem van achterstallig salaris over december 2013, alsmede achterstallig vakantiegeld.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Tussen partijen staat vast dat werkgever het overeengekomen loon voor de maand december 2013 en de vakantietoeslag met betrekking tot de maanden juni 2013 tot en met december 2013 niet heeft uitbetaald. Werknemer diende zich te houden aan voorschriften van werkgever die strekten ter bevordering van de goede orde in de onderneming (art. 7:660 BW). Een van die voorschriften betreft de wijze waarop werknemer een ziekmelding diende te doen. Werkgever heeft op verschillende momenten aan werknemer laten weten aan wie en op welke wijze hij zich ziek moest melden. Niettemin heeft werknemer, die stelt dat hij op 28 november 2013 wegens ziekte de bedongen werkzaamheden niet kon uitvoeren, dit niet op de voorgeschreven en aan hem kenbaar gemaakte wijze aan werkgever doorgegeven. Hij heeft ermee volstaan een whatsappbericht te sturen aan een kantoorgenoot bij de gemeente. Gelet op de herhaalde instructie van werkgever kan dit bericht niet worden aangemerkt als een ziekmelding aan werkgever. Werknemer stelt verder dat hij een brief van 29 november 2013 van zijn huisarts naar zijn leidinggevende heeft doorgestuurd. Thans kan echter niet worden vastgesteld dat werkgever door middel van die brief op de hoogte is gebracht van de door werknemer gestelde arbeidsongeschiktheid. Werkgever had dan ook geen reden om te veronderstellen dat werknemer door ziekte niet in staat was de bedongen werkzaamheden te verrichten. Dat zij daarvan onkundig was had werknemer bovendien kunnen afleiden uit het feit dat hem werkzaamheden werden opgedragen ter invulling van de werktijd tot aan het einde van het dienstverband. Daartoe zou geen grond hebben bestaan wanneer werknemer ziek was gemeld. Ingevolge artikel 7:627 BW is een werkgever geen loon verschuldigd voor de tijd dat de werknemer de bedongen werkzaamheden niet heeft verricht. Dit is anders wanneer de werknemer het werk niet heeft verricht door een oorzaak die in redelijkheid voor rekening van de werkgever behoort te komen (art. 7:628 lid 1 BW), bijvoorbeeld in geval van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte (art. 7:629 lid 1 BW). Uit de inhoud van de (summiere) verklaring van de huisarts kan naar het oordeel van de kantonrechter niet worden afgeleid dat van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte sprake was. Temeer niet nu werknemer zich een dag eerder bij zijn kantoorgenoot ziek gemeld had in verband met griep. Verder is van belang dat werkgever als gevolg van de handelwijze van werknemer de gestelde arbeidsongeschiktheid niet door haar bedrijfsarts heeft laten kunnen controleren. Onder bovenstaande omstandigheden brengt de hoofdregel van artikel 7:627 BW naar het oordeel van de kantonrechter met zich dat werknemer geen aanspraak kan maken op het loon over de maand december 2013. De gevorderde vakantietoeslag tot en met november 2013 is wel toewijsbaar.